Save
Dutch
woordenschat van Big Brother
Save
Share
Learn
Content
Leaderboard
Learn
Created by
Fiebe
Visit profile
Cards (16)
brainwashing
=
hersenspoeling
bureaucratie
= systeem van
regels
en
regelende instanties
; vaak ook het zo rigoureus vasthouden aan ambtelijke regels en voorschriften dat het verlammend werkt
conditioneren
= zo aan bepaalde
prikkels
gewennen dat er automatisch, onbewust, op gereageerd wordt,
willoos
maken
confidentieel
= vertrouwelijk
dictator
=
alleenheerser
,
heeft onbeperkte macht
dissident
=
andersdenkende
in politieke en
religieuze
zaken
ideologie
=
ideeënleer
,
staatsfilosofie
indoctrinatie
=
de beïnvloeding
van individuen of hele groepen in
de maatschappij met als doen een bepaalde mening op te leggen
intimideren
= bevreesd maken, schrik aanjagen
manipuleren
= iemand
misleiden
repressief
=
wat dient om bepaalde meningen
/
gevoelens
/ mensen te onderdrukken
reactionair
=
behoudsgezind
, wil terug naar het
vroegere
tendentieus
=
gekleurd
totalitair
=
controleert
alle aspecten van de
samenleving
uniformisering
=
het gelijk maken
autocratie
=
regeringsvorm
; de
hoogste
macht ligt bij een groep/ persoon