Save
Aardrijkskunde
3.2 Klimaat en landschap
Save
Share
Learn
Content
Leaderboard
Learn
Created by
Wiktoria Krzyżanowska
Visit profile
Cards (10)
Biodiversiteit
De rijkdom aan planten- en diersoorten.
Savanne
vegetatietpe in subtropische klimaten gekenmerkt door grassen en verspreid voorkomende bomengroei.
Tropisch regenwoud
vegetatie type in het tropisch klimaat met een hoge
soortenrijkdom
en een dichte, weelderige begroeiing.
Caatinga
>
Steppeklimaat
, warm en halfdroog
>Lage
vochtigheid
(weinig neerval per jaar)
Mangrove
>
Tropisch
kustgebied
>Omringd door een
natte
en
zoute
bodem
>
mangrovebossen
liggen dicht bij
rivieren
Selva
>
Amazoneregenwoud
>
Vochtig
maar warm klimaat
Cerrado
>Brongebied van
zoet water
>
Biodiversiteit
: bomen groeien krom door de
droge bodem
en lucht (branden).
>
Enorm
gebied.
ITCZ
>
Intertropische convergentiezone
.
>Schuift noord- en zuidwaarts door het jaar heen op.
>
Equatoriaal laagdrukgebied
-> bereikt niet ieder jaar hetzelfde breedtegraad dat zorgt voor neerslag variaties.
Lucht- en zeestromen
>
Passaatwinden
komen voor in het
equatoriale
lagedrukgebied
.
-> waaien vanuit de
Atlantische Oceaan
in
Brazilië
.
Reliëf
Stuwingsregens
in de kustvlakten die worden veroorzaakt door
bergketens
die parallel aan de zuidoostkust liggen.