T2- energie en stofomzettingen in planten

• planten groeien beter onder invloed van licht
• de plant zet stralingsenergie van de zon om naar chemische energie
• als een plant water krijgt, groeit hij beter
• Planten zetten in hun cellen chemische energie om naar thermische energie en kinetische energie. Dit gebeurt in de mitochondriën
• mineralen bevorderen de groei van planten
• De mens bevordert de groei van planten door ze water te geven, door ze te belichten en door mineralen toe te voegen via bemesting
• Planten hebben naast water, mineralen en licht ook koolstofdioxide nodig. Mens en dier ademen CO2 uit, maar ook industrie, verkeer en verbranding van fossiele brandstoffen zorgen voor een toename van de CO2 in de lucht.
• De plant maakt met opgeloste uit de bodem, water en koolstofdioxide uit de lucht, zelf glucose aan. De mens bevordert de productie van glucose door meststoffen/mineralen, belichting en water aan planten te geven. Tijdens de productie van glucose maakt de plant ook zuurstofgas aan. Een deel van dit gas geeft de plant af aan de lucht.
• Het proces waarbij planten in de bladgroenkorrels onder invloed van zonlicht water en koolstofdioxide omzetten naar glucose, noemen we fotosynthese. Zo zetten ze stralingsenergie om naar chemische energie. Ze zijn autotroof
• Bij de celademhaling wordt chemische energie uit glucose door middel van zuurstofgas omgezet naar kinetische energie en thermische energie. Daarbij wordt er water en koolstofdioxide gevormd
• Huidmondjes bevinden zich aan de onderzijde van het blad. Ze kunnen open- en dichtgaan. Ze nemen koolstofdioxide op uit de lucht en geven zuurstofgas en waterdamp af aan de lucht
• Er is licht nodig om zetmeel/glucose te maken