PP HC 3

• autisme

  neurobiologische stoornis in de verwerking en integratie van informatie

  • beperking in sociaal communicatief gedrag
  • vaak genetische oorzaak
  • levenslang (begint tussen 0-3)
  • prevalentie 1 - 2%, bij erfelijkheid 40 - 90%
  • vaker bij jongens dan meisjes (4:1)
  • geen effect van etnische groep of ses of levensstijl
• drie dimensies autisme

  • sociaal contact
  • gedrag en interesses
  • communicatie
• theorieën over autisme

  • theory of mind: vermogen om in te leven in het perspectief van anderen
  • executief disfunctioneren: moeite met sturen van eigen handelen
  • centrale coherentie: moeite hebben met het integreren van elementen tot een betekenisvol geheel
• DSM-5 autisme

  A sociale communicatie en interactie

  • tekort "
  • tekort in non verbaal gedrag
  • tekorten in aangaan, onderhouden en begrijpen van relaties

  B Repetitief gedrag en specifieke interesses

  • herhaling en stereotypie
  • routines en rituelen
  • gefixeerde en beperkte belangstellingen
  • overmatige gevoeligheid voor veranderingen

  3 van A en ten minste 2 van B
• autisme specificeren

  zonder / met

  • intellectuele stoornis
  • taalstoornis
  • medische / genetische conditie / omgevingsfactor
  • ontwikkelings-, mentale of gedragsstoornis
  • catatonie (motorisch overmatig doelloos bewegen of juist niet)
• diagnose autisme

  gedragsdiagnose

  • ontwikkelings anamnese
  • observatie gedrag
  • informatie contexten opgroeien kind
  • somatische screening, iq
• differentiaaldiagnoses bij autisme

  lijst van mogelijke aandoeningen (want symptomen kunnen erop lijken)

  • doofheid -> non-verbale communicatie
  • hechtingsstoornis -> opvoedings geschiedenis, communicatie en gedrag
  • schizofrenie en persoonlijkheidsstoornissen
• comorbiditeit autisme


  bij 70% van de kinderen

  1. slaapstoornis
  2. sociale angststoornis
  3. ADHD
  4. oppositioneel opstandige gedragsstoornis
  5. tics
  6. stemmingsstoornis
• specifieke aspecten autisme

  • sociale camouflage
  • asperger: normale - hoge intelligentie, geen taalachterstand
  • savant syndroom: bijzondere geestelijke vermogens
• behandeling autisme

  • psycho educatie
  • oudertraining
  • sociale vaardigheidstraining
  • communicatie ondersteuning
• gehechtheid determinanten

  • sensitiviteit: bewust zijn van signalen kind
  • responsiviteit: adequaat reageren signalen kind
• Hechtingsstijlen

  • Type B: Veilig gehecht
  • Type A: Onveilig vermijdend gehecht
  • Type C: Onveilig ambivalent gehecht
  • Type D: Gedesorganiseerd gehecht
• problematische gehechtheid

  • onveilig gehecht én probleemgedrag
  • gehechtheidsrelatie gedesorganiseerd, verbroken of verstoord
  • geen enkele gehechtheidsrelatie
• prevalenties hechting

  • 1% reactieve hechtingsstoornis

  gedesorganiseerde gehechtheidsrelatie

  • 80% bij mishandeling
  • 30% bij adoptie
  • 30% bij pleeggezinnen
  • 80% bij kindertehuizen oost europa
  • 50% bij kinderen met ontwikkelingsstoornis, ASS of verstandelijke beperking
• risicofactoren problematische gehechtheid

  kind

  • moeilijk temperament
  • vroeggeboorte
  • beperking
  • ASS

  ouder

  • psychiatrische problemen
  • mishandeling
  • verwaarlozing
  • geweld

  omgeving

  • geen steunend netwerk
  • lage SES
  • werkeloosheid
  • migratie
  • aantal plaatsingen pleegzorg
• problematische gehechtheid kan leiden tot

  • angst, depressie
  • ODD, criminaliteit
  • stemmingsstoornissen
  • schizofrenie
  • persoonlijkheidsstoornissen
• hechtingsstoornissen DSM-5

  categorie psychotrauma en stressorgerelateerde stoornissen

  • sprake van pathogene zorg
  • gedrag ontstaan >5 jaar
  • zeldzame stoornissen
  • probleem met selectieve gehechtheid
• Reactieve / geremde hechtingsstoornis (RAD)


  minimaal contact zoeken / laten troosten

  minimaal 2 van de symptomen

  • gebrek aan sociale en emotionele reacties
  • beperkte positieve affecten
  • episodes van onverklaarbare geirriteerdheid, bedroefdheid en angst tijdens niet bedreigende interacties met opvoeders

  ASS uitgesloten!!!
• de ontremd-sociale contractstoornis (DSED)

  minimaal 2 criteria voldoen:

  • verminderde of afwezige terughoudendheid met onbekenden
  • extreem intiem fysiek of verbaal contact
  • geen contact met opvoeders in nieuwe situaties
  • bereid om met onbekenden mee te gaan

  
  

  ADHD moet uitgesloten zijn!!!
• comorbiditeit hechtingsstoornis

  • verstandelijke beperking
  • taal spraak achterstand
  • eetstoornis
  • ptss
  • stereotypie
  • depressie
  • verslaving
  • criminaliteit
• differentiaaldiagnoses bij hechtingsstoornis

  • ASS
  • verstandelijke handicap -> problemen veroorzaakt door handicap
  • ADHD -> overlappend gedrag
  • PTSS
  • gedragsstoornis
  • stemmings en angststoornissen
• risicofactoren autisme

  • erfelijke factor
  • perinatale complicaties
  • hersenaandoening
  • chromosomale afwijkingen
  • metabolisme stoornissen
  • infectieziekten
  • geslacht
  • andere medische condities
• behandeling hechtingsstoornis

  • sensitieve vervangende opvoeding
  • iemand met wie veilige band opgebouwd kan worden
  • gehechtheids interventie om sensitiviteit ouders te versterken
  • vroege screening + interventie (< 1 - 2 jaar)