Het cardiovasculair systeem en lymfevatenstelsel

Cards (39)

  • De wand van de arteriën bestaat uit de tunica externa, tunica medica en tunica intima.
  • de tunica externa = bindweefsel
    de tunica medica = glad spierweefsel
    de tunica intima = endotheel laag
  • cappilairen worden arteriolen genoemd aan de artery zijde. en venule aan de vein zijde
  • kleine bloedsomloop= pulmonary circulation
    grote bloedsomloop= systemic circulation
  • hartkleppen = atrioventriculaire kleppen
  • tussen het rechter atrium en het rechter ventrikel zit de valva tricuspidalus, deze bestaat uit 3 kleppen.
  • tussen het linker atrium en het linker ventrikel zit de valva atrioventriculaires sinistra, deze bestaat uit 2 kleppen.
  • tussen het rechter ventrikel en de atrium pulmonares zit de valva trunci pulmonares
  • Tussen de linker ventrikel en de aorta zit de valva aortae
  • Hoe heten de eerste aftakkingen van de aorta:
    A) arteria coronario dextra en sinistra
  • de eerste aftakking van de aorta abdominalis is de truncus coeliacus. deze geeft zuurstofrijk bloed aan de lever, milt, maag, pancreas en duodenum.
  • een foetus krijgt zuurstofrijk bloed via de placenta van de moeder door de arteriae umbilicalis, dit zijn er 2 en vormen een deel van de navelstreng.
  • bij een foetus komt zuurstofrijkbloed binnen via de arteriea umbillicais dit gaat dan via de lever, en de vena cava inferior naar het hart. de weg van de arterie umbilicalis naar de vena cava inferior heet de ductus venosus
  • als bij de foetus het bloed in het hart komt stroomt het via de foramen ovale van het linker atrium naar het rechter atrium. Het bloed wat nog wel door gaat naar het linker ventrikel gaat naar de arteria pulmonaris en hier gaat een deel van via de ductus arteriosus naar de aorta, de rest gaat wel naar de longen.
  • onmiddelijk na de geboorte zal de ductus arteriosus beginnen met sluiten. dit kan tot 2 weken duren, hierna houd je het ligamentum arteriosus over.
  • Het foramen ovale sluit onmiddelijk na de geboorte en laat een kleine afdruk achter. dit is de fossa ovalis.
  • Bij het niet sluiten of niet volledig sluiten van het foramen ovale na de geboorte heeft een persoon, atrium septum defect (ADS).
  • lymfevocht = chylus
  • het lymfevocht gaat van: lymfecapillarien naar precollectoren naar collectoren naar lymfeknopen naar lymfestam.
  • lymfecappilairen bestaan uit een laag endotheelcellen en hebben een loose junction, dit betekend dat grote moleculen wel naar binnen kunnen maar niet meer naar buiten.
  • precollectoren hebben een meerlagige wand met kleppen. de wand bestaat uit:
    • tunica intime
    • tunica media
    • tunica adventitia
  • collectoren lopen parallel met venen. de wand is het zelfde als die van de precollectoren
  • lymfeknopen hebben een convexe deel voor de toevoer van lymfe. Ook hebben ze een concave deel voor de afvoer van lymfe van de knoop weg richting lymfestammen.
  • lymfeknopen zuiveren lymfe, zorgen voor srtoomvertraging en bestaan uit trabeculae en merg.
    in de lymfeknoop zitten B-cellen, T-cellen en macrofagen.
  • wij hebben twee lymfestammen:
    • ductus thoracicus
    • ductus lymphaticus dexter
  • de ductus lymphaticus dexter draineert lymfe uit de rechter arm en het rechter deel van het hoofd in de veneuze hoek
  • in het intestinale epitheel worden vetten opgenomen en gecoat in kleine vetdruppeltjes deze heten: chylomicron. deze worden opgenomen in het lymfe, het lymfevatenselsel is dus belangrijk voor het transport van vet.
  • primaire lymfatische organen zijn:
    • beenmerg
    • thymus
  • de primaire lymfatische organen zijn plekken waar B en T cellen zich gaan vormen en gaan onderscheiden van de stamcellen
  • de secundaire primaire organen zijn:
    • lymfeknopen
    • milt
    • tonsillae
    • MALT
    • BALT
    Deze plaatsen gaan het lymfe passeren en gaat de proliferatie en differentiatie van de cellen plaats gaat vinden.
  • De thymus bevind zich ter hoogte van de veneuze hoek op het borstbeen. is aanwezig bij kinderen en verschrompeld na de pubertijd. de thymus speelt een belangrijke rol bij het rijpen van de lymfocyten.
  • we hebben de volgende tonsillae
    • tonsillae palatinae (achter in de mond)
    • tonsillae pharyngea (achter aan de neusholte)
    • tonsillae linguale (achter aan de tong)
  • De tonsillae vormen de primarie bescherming tegen visrussen en bacteriën die binnen komen via de luchtwegen.
  • De BALT (bronchial associated lymphoid tissue) bestaat uit lymfoïd weefsel dat zich bevindt in de bronchiën van de longen. Dit zorgt voor de eerste verdediging tegen pathogenen die door de ademhaling worden ingetrokken.
  • De MALT (mucosa associated lymphoid tissue) bestaat uit lymfoïd weefsel dat zich bevindt in de mucosal membrane, dit omvat de slijmvliezen van de buikholte, darmen en longen.
  • In de milt worden plasmacellen gevormd uit B-lymfocyten en rode bloedcellen worden afgebroken. Ook is het een belangrijk reservoir voor bloed. Bij een milt ruptuur kan iemand doodbloeden
  • primair lymfoedeem = aangeboren of erfelijk
  • secundaire lymfoedeem komt vaker voor dan primaire lymfoedeem en kan onder andere ontstaan door een vertraagde lymfeafvoer, dit komt bij 1 op de 5 vrouwen voor na de bestraling bij borstkanker.
  • boven de clavicula is een hele opstapeling van lymfeknopen dit is de supraclaviculaire lymfeknoop. dit is ook de plek waar de ductus thoracicus gaat draineren. als deze zwellen is dit het teken van Troisier en dit is vaak een gevolg van abdominale en borst kankers.