Save
...
S1
Anatomie - Ba1
LP9: thorax
Save
Share
Learn
Content
Leaderboard
Learn
Created by
soupie
Visit profile
Cards (32)
Compartimenten
2
pleurale
ruimten
Bevat ieder een
long
Mediastinum
Van de
anterieure
voorzijde van de
corpus
vd
thoracale
wervels tot het
sternum.
Bevat:
Het
hart
De grote
bloedvaten
De
trachea
De
oesophagus
Het
autonome
zenuwstelel
Lymfebanen
Hulplijnen van de thorax
-
Midclaviculaire
lijn
o
Ventrikale
lijn door het midden van de
clavicula
o
Apex
hart op midclaviculaire
lijn
links
-
Voorste-mid
en
posterieure
axillaire lijn
Apertura thoracicus superior
Opening tussen de
eerste
ribben en de bovenkant van manubrium
sternum.
Hierdoor lopen een aantal structuren:
Apex
pulmonalis
Tot 1 vingerbreedte boven de clavicula
V. Jugularis interna
Carotis communis
Trachea
Oesophagus
A&
V. Subclavia dextra
Apertura thoracicus inferior
Opening aan de onderkant van de ribbenkast:
Grenzen:
Anterior: processus
xiphoideus
Posterior: corpus vertebra
T12
Posterolateraal: rib
12
, dist. uitiende rib
11
Anteriolateraal: distale kraakbeenuiteinden rib
7-10
Hier hecht het diafragma ook ongeveer.
er gaan drie grote structuren door het diafragma heen
De
Inferieure vena cava
Loopt het meest
ventraal
van de
3
Gaat door
diafragma
thv
T8
:
pars tendinea
De
oesophagus
Loopt na
IVC
het meest
ventraal
Gaat door diafragma thv
T10
:
pars musculosa
De
Aorta
Loopt het meest
dorsaal
van de
3
: tegen de
corpi vertebrae
Gaat door diafragma rond
T12
kleinere structuren door het diafragama:
De
Nervus Vagus
(X):
Loopt samen met
oesophagus
Ductus thoracicus
Vv.
azygos
& Vv.
hemiazygos
Via de hiatus van de aorta of door de crura
Orthosympathicus
Lateraal van de hiatus van de aorta
Nn.
splanchnici
diafragma wordt doorbloed door:
Arterieel
A.thoracica interna
Vroege aftakking van de
Aa. subclaviae
Aa. intercostales
Phrenica superior
→uit de
Aorta thoracalis
Phrenica inferior
→ uit de
Aorta abdominalis
Veneuze doorbloeding diafragma
V.
Azygos
Vv.
brachiocephalicae
Vv.
surrenales
V. Cava inferior
diafragma
wordt geinnerveerd door
De Nervus Phrenicus → C3-C5
Bij ontsteking → prikkeling in of rond diafragma, wordt dit vaak opgemerkt als schouderpijn = de wortels ontspringen bij dezelfde wervels
Waar het pleura aan de wand kleeft = de pleura
parietalis
Waar het pleura op de long ligt = de pleura
visceralis
pleura
parietalis
is zeer pijngevoelig
Groepen pleura
Cupula
of de
cervicale
pleura
Top vaan de pleuraholte
Komt boven de 1e rib uit
Costa
pleura
tegen de ribben
Mediastinale
pleura
Tegen het mediastinum
Diafragmatische
pleura
Tegen het diafragma
Pneumothorax
Lucht in pleurale ruimte
Hemothorax
Bloed in pleurale ruimte
Empyeen
Pus in pleurale ruimte
Chylothorax
Lymfe in pleurale ruimte
De
rechterlong
heeft 3 lobben
Lobus
superior
Lobus
medius
Lobus
inferior
de
linkerlong
bevat 2 lobben
Lobus
superior
Deze bevat dorso-mediaal ook een tongvormig uitsteeksel: de
lingula
Lobus
inferior
Bronchius
dexter
(rechts) → hoofdbronchus (iets
verticaler
en
wijder
dan de linker)
Bronchius
sinistra
(links) → hoofdbronchus
Het caudale stukje van de trachea tussen de bronchius dexter en de bronchius sinistra heet de
carina
Innervatie
Doorbloeding gereguleerd via
autonoom
systeem
Parasympaticus
via NX: Zorgt voor:
Constrictie gladde spiercellen bronchus (bronchoconstrictie)
Vasodilatie
longbloedvaten
(Ortho)Sympathicus: Zorgt voor
Inhibitie gladde spiercellen bronchus (bronchodilatatie)
Vasoconstrictie bloedvaten
Overgang manubrium op corpus sterni =
angulus
sterni, de hoek van
ludovicus
, een
belangrijke
landmark
Transversale grens vlak op niveau
T4-T5
net boven het hart
Positie onderkant mediaal uiteinde rib
2
Bovengrens truncus
pulmonalis
Begin en het einde van de
arcus
aortae
Intrede
vena
cava
sup in hart
Niveau
tracheabifurcatie
twee pericarden (
hartvliezen
):
fibreuze
pericard: buitenste bindweefsellaag, nervi phernici loopt hier doorheen.
sereuze
pericard: binnenste bindweefselzak, bestaat uit 2 lagen
viscerale
laag = tegen het hart
parietale
laag = tegen het fibereuze pericard
Het hart
2
delig pompsysteem
Rechts en links Gescheiden door
interatriaal
septum
interventriculair
septum
2
atria
2
ventrikels
Atria en ventrikel gescheiden door de
Atrioventriculaire
klep
De Apex van het hart ligt ten hoogte van ~ intercostales
5
(soms 4 of 6). Net
mediaal
van de
midclaviculaire
lijn
Bij verschuiving naar
lateraal
is dit pathologisch (cardiomegalie (te
groot
hart))
Sulcus coronalis
Hierin loopt de Sinus
coronaris
Gelegen tussen de
Atrium
dexter
en ventriculus
dexter
→ loopt door tot de
posterior
Kleppen luisteren
Aorta: iets
links
van sternum tussen
T2
en
T3
Pulmonalisklep: iets
rechts
van sternum, tussen
T2
en
T3
Tricuspidalis: iets
rechts
van sternum tussen
T5
en
T6
Mitralis: bij
midclaviculaire
lijn tussen
T5
en
T6
Hart geleidingssysteem
Zelfregulerend
Signaal komt uit nodus
sinu-atrialis
(SA)
Loopt van hieruit door de boezems en loopt naar
AV
Nodus
atrioventricularis
(AV)
Houdt signaal korte tijd
vast
, loopt daarna verder naar
apex
Truncus atrioventricularis, de bundel van
his
Signaal gaat in de hartspier thv de
purkinje
vezels
motorische uit CZS
PS:
vagus
Dalen
hartritme
lagere
slagkracht
Constrictie
coronairen
OS:
Omgekeerde
Verhoogt
hartritme
Verhoogt
slagkracht
Verwijdt
coronairen
sensorische naar CZS
PS:
detectie veranderingen
bloeddruk
OS:
Pijn sensatie naar spinale ganglia
T1-T4
Pij in hart wordt in deze
dermatomen
gevoeld
De slokdarm is een
musculaire
buis die van de
pharynx
naar de
maag
loopt
Overgang pharynx
slokdarm
thv.
cricoid
en
C6
Overgang slokdarm
maag
thv wervel
T11
Innervatie van de oesophagus
Parasympatisch
Motorisch
en sensorisch door de Nervi
Vagi
(
Dexter
en
Sinister
)
Cervicaal
door de n.
laryngeus
recurrens
Thoracaal door de plexus
oesophageus
Sympatisch
Preganglionaire vezels uit
T2
tot
T6
Postganglionaire vezels uit de truncus
sympathicus
Vormen samen de
oesophageale plexus
Bewerkstelligen
de
pijnsensatie
Bebloeding
Arteriae
Bovenste
1/3
Uit de truncus
thyrocervicalis
Middelste
1/3
Uit aorta
thoracica
(kleine takjes)
Onderste
1/3
Opstijgende takken uit a.
gastrica sinistra
Venae
naar
v.
azygos
En
v.hemiazygos
Lager deel via v.
gastrica
sinistra