306 - 319

Cards (14)

  • legatus - legati m - de gezant; de onderbevelhebber
  • ludus - ludi m - het spel; de school
  • populus - populi m - het volk (Ned. : populair)
  • imperator - imperatoris m - de opperbevelhebber
  • sol - solis m - de zon
  • legion - legionis m - het legioen
  • pax - pacis v - de vrede
  • ius - iuris onz - het recht
  • munus - muneris onz - de taak; het geschenk
  • nudus - ~a, ~um - naakt; beroofd van
  • excitare - excito - (op)wekken
  • imperare - impero - bevelen; opeisen
  • mandare - mando - toevertrouwen; opdragen
  • portare - porto - dragen