vragen

• Wat is Gene-flow?

  de uitwisseling van allelen tussen populaties waardoor de variabiliteit afneemt
• Wat is Borrelia burgdorferi?

  een bacterie die teken gebruikt als vector want zelf immobiel. Kan mensen ziek maken door de ziekte van Lyme. neurologische, huid en spierklachten
• Ken de biological species concept

  groep van ‘ interbeeding ’ populaties. wanneer ze reproductief geïsoleerd zijn van anderen. Kunnen wel onderling nakomelingen maken maar nakomelingen zelf zijn reproductief geïsoleerd.
• Wat gebeurt er met de diversiteit na een bottleneck?

   Deze daalt omdat er verschillende allelen verdwenen zijn. In een grote populatie heeft dit minder effect.
• oorzaak van de ziekte van Creutzfeldt-Jacob?

  een prion: een infecties stukje proteine (geen genoom!) dat afkomstig is van besmet orgaanvlees van vee. Gekke koeien ziekte
• Wat is evolutie?

  Evolutie is de verandering over een lange tijd van de karakteristieken van populaties. De verandering over tijd van allelfrequentie binnen een populatie
• Wat is allopatrische speciatie?

  soortvorming door geografische scheiding
• Weten wat het is als 2 soorten een gemeenschappelijke functie maar geen gemeenschappelijke voorouder hebben?

  analogie door convergente evolutie
• Wat voor selectie is het als een zoogdier elke winter vachten krijgt?

  directe selectie, een uiterst kenmerk levert voordelen
• Wat voor isolatie is het als een soort niet kan paren in een specifiek seizoen ?

  temporale isolatie
• Weet wat rigor mortis is?

  Bij een overlijden zal er geen ATP meer beschikbaar zijn. Dit is nodig om bij spieren de kruisbruggetjes terug naar cocked position te brengen. Cocked position is de ontspannen staat waarbij de spier niet is gespannen maar wanneer dit niet gebeurt zal het myosinekopje aan het actinefillament blijven hechten en de spier dus stijf zal worden omdat deze continu opgespannen wordt.
• De stand van activator- en inactivator gate van Na-kanaal bij +30 mV?

  activator gate dicht en inactivator gate open.
• wat de absolute refractoire periode is?

  de periode na een actiepotentiaal waarbij het potentiaal van het celmembraan negatiever dan -70mV wordt doordat de K+ kanalen open staan. Dit om te voorkomen dat een actiepotentiaal zou teruglopen.
• Welke manier van CO2 trasport in bloed komt het meeste voor?

  koolzuurvorming
• Tot welke soort hypoxie behoort hartfalen en trompose?

  ischemische hypoxie
• Welke longziekte veroorzaakt een membraan verdikking van de alveoli?

  fibrotische longziekte
• Weten waar een libofobe ligand bindt en of die een snelle of een trage reactie veroorzaakt?

  zal extracellulair binden (kan niet door celmembraan) en een snelle respons veroorzaken
• Weet hoe celcyclus kan geinitieerd worden?

  cycline D
• Mass flow berekenen van glucoseoplossing 50 g/l en infuus aan 3ml/min?

  formule= concentratie x volume flow

  50 x 0,003= 0,15g/min
• Weten hoe een competitieve inhibitor bindt?

  reversiebel
• Weet waaruit de meeste ATP productie komt wanneer je in rust zit?

  aerobe celademhaling
• Ken de myasthenia gravis ziekte?

  ziekte die spierverzwakking teweeg brengt omdat een neuromusculaire junctie zo is opgebouwd dat de diffusieafstand klein is en er veel inkepingen zijn waardoor er een groot oppervlak is met receptoren waarop acetylcholine kan inwerken. Bij myasthenia gravis zal de diffusieoppervlakte vergroot zijn en de inkepingen vervlakt zijn. Ook zal het lichaam antilichamen tegen de acetylcholinereceptor maken waardoor deze niet meer functioneel zijn.
• Weet wat temporele summatie is?

  meerdere actiepotentialen kort na elkaar waardoor ze opgeteld worden. Klein verschil in tijd dus.
• Ken de verschuivingen van PO2 grafiek (linksverschuiving werd gevraagd): pH, co2druk en temperatuur?

  linksverschuiving enkel bij foetaal bloed tov maternaal bloed. druk, pH (bohr effect), temperatuur hebben allemaal een rechtsverschuiving
• Door welke mechanisme wordt bloeddruk verlaagd nadat het hoog was en hartslag liet afzakken?

  Parasympathisch zenuwstelsel
• Weten wat er aan de cytoplasmatische kant van transmembraniar membraanproteïne bindt?

  fosfaatgroep
• Door welke modulatie wordt proinsuline omgezet in insuline?

  proteolytische activatie: peptidestukje uitgehaald waardoor het eiwit actief wordt.
• Ken de bezenuwing van spijsverteringsstelel bij rustige vertering?

  parasympatisch autonoom, acetylcholine is de belangrijkste NT
• Wat is de staat van de Na-kanaaltjes op de piek van de actiepotentiaalcurve van skeletspierweefsels?

  A)activation gate open, deactivation gate gesloten 

  B) activation gate gesloten, deactivation gate open 

  C) beide gates open 

  D) beide gates gesloten

  A: B
• Bij rustige spierwerking wordt ATP vooral gehaald uit: 

  A)Aeroob metabolisme

  B) Anaeroob metabolisme 

  C) creatinefosfaat

  D) fermentatie

  A: A
• Wat hangt er aan de cytoplasmatische zijde van een transmembranaire membraanproteine?

   A) fosfaatgroep

  B) Koolhydraten

  C) Matrix-bindende proteïnen

  D) Cytoskelet-bindende proteïnen

  A: A
• Waar haalt de SGLT-pomp zijn energie uit? 

  A)Gradiënt van natrium

  B) Rechtstreeks ATP 

  C) Gradiënt van glucose

   D) nergens, het is passief transport

  A: A
• Iets over een lipofobe molecule en hoe deze een reactie kan veroorzaken in de cel 

  A)traag, direct in celkern 

  B) traag, second messenger via transportproteïne 

  C) snel, second messenger via transportproteïne 

  D) snel, direct in celkern

  A: C
• Als de bloeddruk stijgt gaan je hersenen ervoor zorgen dat de hartslag daalt zodat de bloeddruk terug genormaliseerd wordt. Daarna gaat de hartslag weer verhogen. Dit laatste specfieke proces is een vorm van:

  A)Negatieve feedbackloop

  B) Positieve feedbackloop

  C)  Feedforward mechanismen

  D) Autonoom reflexmechanisme

  A: A
• Competitieve inhibitor

  A)bindt reversibel op bindingsplaats

  B) Bindt irreversibel op bindingsplaats

  C) Bindt ergens anders dan de bindingsplaats

  D) zorgt ervoor dat de bindingsplaats van vorm verandert

  A: A
• Wat is een mogelijke antagonist van acetylcholine? 

  a)curare

  b)alcohol 

  c)nicotine 

  d)adrenaline

  A: A
• nicotine is een agonist van acetylcholine dus deze zal hetzelfde effect hebben als het bindt op een acetylcholine receptor. acetylcholine is een neurotransmitter van het parasymphatische. Nicotine zal ditzelfde ontspannen/rustige gevoel geven. Ook zal nicotine een verhoging van dopamine teweeg brengen. Dit komt omdat de nicotine-acetylcholinerge receptoren waar nicotine op bindt zich op de presynaptische zenuwuiteinde bevinden van neuronen die dopamine produceren. Dopamine kan verslavende werking hebben.
• Weten waar in de zenuwcel de triggerzone ligt?

  begin van het axon
• Weten hoe een actiepotentiaal beïnvloed kan worden door een acidose?

  een acidose betekent te zuur dus te veel H+ in de cel. De cel zal dit oplossen door H+ de excreteren en K+ te reabsorberen. Dit betekent dat er bij het repolarisatie sneller K+ uit de cel zal stromen omdat de buitenomgeving tov de cel hypotoon is. de rustmembraanpotentiaal ligt lager dan -70mV dus er zullen grotere prikkels nodig zijn om actiepotentialen op te wekken
• Weet hoe tamoxifen aan enzym bindt?

  irreversiebele antagonist voor kankerbehandelingen