TM HC1

Cards (8)

  • latente variabele

    een variabele die niet direct te observeren is. In plaats daarvan meet je dit door aan de hand van een aantal indicatoren.
  • psychologische test
    een systematische procedure om het gedrag tussen mensen of binnen een persoon te vergelijken
  • type tests
    • norm referenced: score van de respondent wordt geïnterpreteerd t.o.v. de scores van andere respondenten
    • criterion referenced: score van de respondent wordt geïnterpreteerd a.d.h.v. vast criterium scores, onafhankelijk van de scores van anderen.

    • speeded test: zo snel mogelijk vragen goed beantwoorden in vooraf gestelde tijd
    • power test: zoveel mogelijk vragen goed beantwoorden zonder tijdslimiet
  • participant reactivity
    de neiging van mensen om zich anders te gedragen als ze zich ervan bewust worden dat ze worden geobserveerd.
  • observer bias
    de neiging van een observator om alleen waar te nemen wat deze verwacht of hoopt waar te nemen.
  • score sensitiviteit belang

    de gevoeligheid van een test. Dit is het percentage terecht positieve testuitslagen
  • Eigenschap van:
    • Identiteit: nominaal
    • ordening: ordinaal, rangorde
    • kwantiteit: interval, optellen en aftrekken. Bijvoorbeeld temperatuur
    • absolute 0: ratio, optellen, aftrekken en keer. Bijvoorbeeld gewicht
  • units of measurements
    minder algemeen bruikbaar in psychologie
    1. grootte willekeurig: bijv testscore, z-score
    2. object is niet willekeurig: alleen bij mensen
    3. kenmerk is niet willekeurig: IQ test alleen voor IQ