Save
LAT - vocabulaire 🏛️
paasexamen 🐣
Latijn - voc. 701-720
Save
Share
Learn
Content
Leaderboard
Learn
Created by
Clara Hana
Visit profile
Cards (20)
verbum
verbi
o.
het woord
certus
~
a
, ~
um
zeker
contentus
+
abl.
~
a
, ~
um
tevreden
(
met
)
notus
~
a
, ~
um
bekend
ignotus
~
a
, ~
um
onbekend
posterus
~
a
, ~
um
volgend
proximus
~
a
, ~
um
dichtstbij
;
verwant
publicus
~
a
, ~
um
officieel
;
openbaar
ceteri
~
ae
, ~
a
de overige
iuvenis
iuvenis
m.
de jongeman
mos
moris
m.
de gewoonte
parentes
parentum
m.
mv.
de ouders
fames
famis
v.
de honger
gens
gentis
v.
het geslacht
;
de volksstam
genus
generis
o.
de afkomst
;
de soort
turpis
~,
turpe
;
turpis
lelijk
;
schandelijk
aedificare
~
o
bouwen
expugnare
~
o
veroveren
mandare
~
o
toevertrouwen
;
opdragen
spectare
~
o
bekijken
;
op
het
oog
hebben