De anorganische stoffen

• Elke molecule die tot dezelfde stofklasse behoort, bezit telkens dezelfde eigenschap.
• De zuren zijn moleculen die in water één of meerdere H+-ionen afsplitsen.
• De basen zijn moleculen die in water één of meerdere OH- -ionen afsplitsen.
• De oxiden zijn binaire moleculen, waarvan één van de twee atomen zuurstof is.
• De zouten zijn moleculen gevormd uit een combinatie van een zuurrest met een metaalion.
• De anorganische stof water (H2O) behoort tot geen enkele stofklasse.
• De zuren zijn moleculen die in water één of meerdere H+-ionen afscheiden.
• De zuren zijn moleculen die in water één of meerdere H-atoom/atomen moeten bevatten en deze in water moeten afgeven.
• De basen zijn moleculen die in water één of meerdere OH- -ionen afscheiden.
• Dit betekent dat ze zowel niet-elektrolyten, zwakke elektrolyten en sterke elektrolyten kunnen zijn.
• De meeste zuren zijn goed oplosbaar in water.
• Koolzuur (H2CO3) zorgt voor bruis.
• NH4 = amonium ion.
• Er bestaan ook nog andere basen die niet tot de hydroxiden behoren, zoals ammoniak: NH3 + H2O → NH4+ + OH-
• Pleisten en gebluste kalk → Ca(OH)3
• Het merendeel van de basen bevat dus een OH- groep, die in oplossing met water afgescheiden wordt.
• Alle hydroxiden, gevormd met metalen uit groep Ia en IIa, zijn goed oplosbaar in water.
• Azijn verwijderd roest.
• Hoe meer OH- -ionen hoe basischer (8-14).
• Basen: moleculen die in water één of meerdere OH- -ionen vormen of afgeven.
• Zuren zijn elektrolyten (ionisatie).
• Hydroxiden hebben een hydratatiereactie steeds met 1 stap.
• Elke indicator heeft een verschillend patroon in functie van de pH.
• Hydroxiden zijn opgebouwd uit ionenbindingen, waardoor ze automatisch sterke elektrolyten zijn.
• Zoutzuur (HCL) zit in maagsap.
• Hydroxiden zijn moleculen opgebouwd uit een positief metaalion en één of meerdere OH- -groepen.
• De hydroxiden die gevormd zijn met metalen uit andere groepen zijn slecht oplosbaar in water.
• Maagzuurremmers → Mg(OH)2
• pH van een oplossing wordt uitgedrukt aan de hand van de pH-schaal.
• Fosforzuur (H3PO4) is een smaakstof.
• Indicatoren zijn kleurstoffen die van kleur veranderen naar gelang deze in een zure of basische oplossing gebracht worden.
• Echter, omdat ze in water H+-ionen afsplitsen (definitie zuren), zullen ze automatisch elektrolyten zijn.
• Zwavelzuur (H2SO4) geleid elektrische stroom.
• Hoe meer H+ -ionen hoe zuurder (0-6).
• Synthetische indicatoren: Lakmoes: rood en blauw en universeel indicatorpapier: rood en blauw.
• Zuren zijn opgebouwd uit covalente bindingen.
• Oxiden zijn moleculen die zuurstof bevatten.
• Oxiden kunnen onderverdeling in metaaloxiden en niet-metaaloxiden.
• Alle elementen behalve de edelgassen en zuurstof, kunnen oxiden vormen.
• Oxiden worden altijd gevormd uit een reactie van een enkelvoudige stof + O2.