voc 3 pt2

Cards (83)

  • de sportieve kwaliteiten - les qualités sportives
  • de lenigheid / lenig - l'agilité / agile
  • de snelheid / snel - la rapidité / rapide
  • de flexibiliteit / flexibel - la flexibilité / flexible
  • de soepelheid / soepel - la souplesse / souple
  • de mentale kracht / mentaal sterk zijn - la force mentale / être fort mentalement
  • de uithouding / met een goede uithouding - l'endurance / endurant
  • de weerstand / die goed weerstand biedt - la résistance / résistant
  • de volharding / volhardend - la persévérance / persévérant
  • de spieren / gespierd - la musculature / musclé
  • de prestatie / efficiënt - la performance / performant
  • de kracht / sterk - la force / fort
  • de motivatie / gemotiveerd - la motivation / motivé
  • de voeding van de sporter - l'alimentation du sportif
  • de energiedrank - la boisson énergétique
  • de hydratatie - l'hydratation
  • de drinkbus - la gourde
  • de energiereep - la barre énergétique
  • een tussendoortje - un en-cas
  • de vitamines - les vitamines
  • een evenwichtige voeding - la nourriture / l'alimentation (f) équilibrée
  • de sportieve disciplines - les disciplines sportives
  • bergbeklimmen - l'alpinisme
  • atletiek - l'athlétisme (m)
  • roeien - l'aviron (m)
  • badminton - le badminton
  • basket - le basket(ball)
  • baseball - le baseball
  • boksen - la boxe
  • lopen (race voor autos) - la course
  • cricket - le cricket
  • wielrennen - le vélo/le cyclisme
  • klassieke / moderne dans - la danse classique / moderne
  • paardrijden - l'équitation
  • klimmen - l'escalade
  • schermen - l'escrime
  • fitness - le fitness
  • voetbal - le foot(ball)
  • turnen - la gymnastique
  • golf - le golf