Verdelingsvolume = hoeveelheid geneesmiddel / plasmaconcentratie op t=0.
Halfwaardetijd:
t1/2=(ln(2)⋅Vd)/Cl
Renal clearance (C):
C=UV/P
Nierfunctie meten:
Creatinine = afvalproduct uit spieren. 100% gefilterd, niet gereabsorbeerd en beetje gesecreerd. Voordeel: geen 24uur urine verzamelen. Nadelen: Pas bij GFR<50% is het zichtbaar aan serum creatinine concentratie én GFR wordt beetje overschat door secretie.
Inuline = intraveneus toedienen. 100% gefilterd, niet gereabsorbeerd en niet gesecreerd. Voordeel: perfect voor GFR. Nadeel: 24 uur urine verzamelen.
Para-aminohippuurzuur = meting voor renal plasma flow (RPF). Wordt sowieso uit plasma gehaald in nier, dus als alles eruit is heeft de nier al het bloed gezien.
Filtratie fractie = ratio tussen GFR en RPF. Het is de fractie van het vocht dat de nieren bereikt dat effectief gefilterd wordt en in de proximale tubulus terecht komt.