Save
Engels
Lessons 3
Save
Share
Learn
Content
Leaderboard
Learn
Created by
Barbara Leon de Barerra
Visit profile
Cards (59)
Charcoal:
houtskool
Coincidence:
toeval
Counter:
tegengaan, weerleggen
Curator:
museumdirectuer, beheerder
Decease:
overlijden
Deceive:
bedriegen
Define:
omschrijven
Deliberate:
opzettelijk, met opzet
Deteriorate:
achteruitgaan, slechter worden
Devaite:
afwijken
Dispose of:
wegdoen
Enclose:
bijsluiten
Exchange:
de
beurs
Guerilla:
bendeoorlog, guerilla
Land:
belanden
Mode:
manier
Narrow-minded:
bekrompen
Plight:
benarde positie
,
slechte situatie
Touched:
geroerd
Viable:
levensvatbaar, uitvoerbaar
Aanzienlijk:
considerable
Afname:
decline
Beeldhouwen:
sculpt
Begrip, inzicht:
insight
Bijeenbrengen, verzamelen:
gather
Door middel van:
by means of
Hedendaags:
contemporary
Hetzelfde, identiek:
identical
Hoogtepunt:
highlight
In het algemeen:
generally
Kenmerkend:
characteristic
Klacht, grief:
grievance
Kleurkrijt:
crayon
Laagjes:
layers
Laag:
coat
Levensgroot:
life-size
Modieus, in de mode:
fashionable
Nadeel:
disadvantage
Onderscheid maken tussen:
distinguish between
Ongelegen, niet van pas komend:
inconvenient
See all 59 cards