nederlands

Cards (82)

  • beschrijvend verband

    eigenschappen, kenmerken of difinities
  • oorzaak- gevolgverband

    gaat over oorzaak en gevolg waar je vaak signaalwoorden in zet
  • hoofdzin
    de onderwerp en persoonsvorm is altijd naast elkaar
  • (hz)
    hoofdzin
  • bijzin
    de onderwerp en persoonsvorm is niet altijd bij elkaar
  • (Ns)
    neveschikking
  • nevenschikking
    de zinnen in de samenstelling zijn alleen hoofdzinnen
  • (Os)

    onderschikking
  • onderschikking
    de zinnen in de samenstellinf heeft één hoofdzin en één bijzin
  • bepaald
    het geeft de exacte informatie
  • onbepaald
    geeft niet de exacte informatie
  • hoofdtelwoord
    is een cijfer vb. één
  • rangtelwoord
    is een plaats vb. honderste, zoveelste
  • EUR
    euro
  • USD
    united states dollars
  • NMBS
    Nationale maatschappij der Belgische spoorwegen
  • AZG
    Artsen zonder grenzen
  • Dr.
    docter
  • St.
    sint
  • lo
    lichamelijke opvoeding
  • mevr.
    mevrouw
  • dhr
    de heer
  • gft
    groente-,fruit- en tuinafval
  • sms
    short message service
  • b.t.w
    belastingen over de toegevoegde waarde
  • d.m.v
    door middel van
  • e.d
    en dergelijke
  • i.p.v
    in plaats van
  • i.v.m
    in verband met
  • m.a.w
    met andere woorden
  • n.a.v
    naar aanleiding van
  • o.a
    onder andere
  • t.e.m
    tot en met
  • z.s.m
    zo snel mogelijk
  • a.s.
    aanstaande
  • a.u.b
    alstublieft
  • a.j.b
    alsjeblieft
  • bv.
    bijvoorbeeld
  • ca.
    circa
  • enz.
    enzovoort