3.5 landschapzones 2

Cards (4)

  • boreale zone
    landschapzone gekenmerkt door een grote verschillen in temperatuur tussen zomer en winter, waarbij de winters koud zijn; er groeit hier hoofdzakelijke naaldwoud
  • gematigde zone

    landschapzone gekenmerkt door de milde winters, koele zomers en voldoende vocht, waardoor er loofbossen groeien; momenteel is deze zone dichtbevolkt en in hoge mate in gebruik voor landbouw
  • polaire zone
    landschapzone rond de polen met ijskappen, gletsjers en toendra
  • subtropische zone

    landschapzone op de overgang van aride en gematigde zones, vaak gekenmerkt door droogtetolerantie vegetatie