Save
aardrijkskunde thema4
Save
Share
Learn
Content
Leaderboard
Learn
Created by
Julie Renee
Visit profile
Cards (10)
vegetatie van korte
,
harde grassen
=
steppe
vegetatie van mossen
,
grassen
en
dwergstruiken
=
toendra
vegetatie
van
naald
en
loofbomen
=
gemengd woud
vegetatie van hoge grassen
en
verspreide boomgroei
=
savanne
vegetatie van naaldwouden
=
taiga
vegetatie van loofbomen met bladerval in de herfst
=
zomergroen loofwoud
groenblijvend woud met dicht bladerdek
,
verschillende kruinlagen en veel plantensoorten
=
tropisch regenwoud
overegend geen begroeiing
,
maar
zand
,
stenen en rotsen
=
woestijn
geen vegetatie
,
sneeuw en ijs
=
ijswoestijn
vegetatie van doornig struikgewas
,
groenblijvende en wieriekende kruiden
en
altijd groene bomen
=
aarb
ladige vegetatie