optometrie (zelf)

Cards (58)

  • #1 oftalmoscopie, observatie
    observatie
    • Rode reflex nakijken, (pupil licht op door licht) letten op variaties van kleur (tumor, netvliesloslating, ...), wazige vlekken
    • disc of papil, letten op Groote en vorm en kleur en randen
    • bloedvaten
    • slagaders
    • kleine bloedvaatjes
    • fundus
    • macula
  • #1 oftasmoscopie (resultaat en betekenis)
    resulaat
    • Alles ziet er normaal uit -> pluis
    • Er wordt een onregelmatigheid opgemerkt -> niet pluis => indicatie mee geven 
    betekenis
    • Screening om zeker te zijn dat er geen pathologie aanwezig is
    • Bij de minste twijfel van een onregelmatigheid moet de optometrist doorverwijzen naar een oogarts
  • #3 habituele horizontale forie voor ver, achterliggende informatie
    Achterliggende informatie
    Ogen nemen passieve positie aan door dissociatie
    Bepaling van forie aan de hand van de wet van Desmaret
    • Uiteengaande assen -> kruisende beelden
    • Kruisende assen -> uiteengaande beelden
  • #3 habituele horizontale forie voor ver, resultaat +verwachte waarde

    resultaat
    • Overblijvende prisma BI -> exoforie
    • Overblijvende prisma BO -> esoforie
    • Meetprisma op 0 -> orthoforie
    verwachte waarde
    0,5 exo
  • #3 habituele horizontale forie voor ver, betekenis

    Betekenis
    Meet de tonische innervatie van een spier op een bepaalde afstand
    Om de relatieve horizontale positie van de visuele assen van de ogen te bepalen als de fusie verbroken is
    • Exo -> onderconvergentie -> ogen lijnen af naar buiten
    • Eso -> overconvergentie -> ogen lijnen af naar binnen 
    • Ortho -> ogen lijnen evenwijdig af
  • #4 statische skiascopie, werkwijze neutraliseren

    Neutraliseren
    Bij sferische refractiefout
    • Horizontaal bewegen en sfeer per 0.25 D afzwakken tot oplichting
    • Verticale meridiaan controleren -> zou ook oplichting moeten zijn
    Bij astigmatische refractiefout
    • Snelst bewegende meridiaan sfeer per 0.25 D afzwakken tot oplichting
    • As instellen loodrecht op de geneutraliseerde meridiaan
    • Andere meridiaan controleren -> zou nog tegen moeten zijn
    • Andere meridiaan cilinder per 0.25 D afzwakken tot oplichting
  • #4 statische skiascopie, werkwijze schuin astigmatisme

    werkwijze
    Schuin astigmatisme
    Lichtreflex loopt niet mooi door in de pupil
    Lichtstraal draaien in de richting van de reflex en 90° erop
    Snelst bewegende meridiaan vaststellen en neutraliseren door sfeer per 0.25 D af te zwakken
    As instellen loodrecht op geneutraliseerde meridiaan
    Andere meridiaan neutraliseren door cilinder per 0.25 D af te zwakken
  • #4 statische skiascopie,a achterliggende informatie (beweging)

    Achterliggende informatie
    Beweging
    Brandpunt op netvlies -> oplichting
    Brandpunt voor netvlies (myopie) -> tegen 
    Brandpunt achter netvlies (hypermetropie) -> mee
  • #4 statische skiascopie, observatie

    Observatie
    Snelheid van beweging
    • Snel -> lage refractiefout
    • Traag -> hoge refractiefout
    Kleur
    Dof -> zeer hoge refractiefout
    Schaarbeweging
    Verschillende asrichting van de verschillende brekende middens in het oog
  • #5 dynamische skiascopie op 50cm

    Observatie
    Kleur -> zegt iets over de manier waar de PP zijn visuele informatie verwerkt
    • Geen visuele problemen -> stabiele refractie (positief) en goud gele kleur
    • Meer visuele problemen -> refractie negatiever en kleur evolueert naar baksteen rood
    Achterliggende informatie
    • Aangezien de werkafstand gelijk is aan de fixatieafstand is er geen correctielens nodig
    • Bij een tegenbeweging is de accommodatie actief
  • #5 dynamische skiascopie op 50cm (resultaat, verwachte waarde, betekenis)

    Resultaat
    • Testresultaat in de foropter is de gross waarde
    • Netwaarde moet berekend worden als #15A exo is
    Verwachte waarde
    +0.50 D boven #4
    Betekenis
    Visueel probleem voor nabij vaststellen
    Vaststellen van plusaanvaarding
    #5 vergelijken met #4
    Goede plusaanvaarding als #5 ruim 1.00 D positiever is dan #4
  • #6 dynamische skiascopie op 1m (werkwijze, resultaat, betekenis)

    Werkwijze
    • Bij de start van #6 wordt in principe direct een tegenbeweging waargenomen
    • Indien dit niet geval is binoculair + toevoegen tot er een duidelijke tegenbeweging is
    • In beide ogen gelijktijdig toevoegen per 0.25 D tot er oplichting is
    Resultaat
    -Testresultaat in de foropter is de gross waarde
    -Netwaarde moet berekend worden als #15A exo is
    Verwachte waarde
    +0.62 D 
    Betekenis
    Visueel probleem op tussenafstand vaststellen
  • #7 subjectieve refractie, rood-groen test

    Letters voorplaatsen en – sferen toevoegen tot 10/10 comfortabel leesbaar is
    Rood/groen-test voorplaatsen
    Vragen op welk kleur de letters het duidelijkst zijn
    • Gelijk -> de sferische sterkte is correct
    • Groen donkerder -> sferisch + toevoegen
    • Rood donkerder -> sferisch toevoegen
    Herhaal deze volledig procedure voor het LO, met het RO afgesloten
  • #7 subjectieve refractie, binoculair evenwicht
    Binoculair evenwicht
    1. Beide ogen open doen
    2. Binoculair +1.00 D toevoegen¾Lijn van 8/10 projecteren
    3. Sferisch – toevoegen tot de letterlijn leesbaar is
    4. Dissociëren aan de hand van 6 pdpt verticaal
    • RO à 3 BU
    • LO à 3 BD
    • 5. Beide letterlijnen met elkaar vergelijken
    • Gelijk -> geen aanpassing nodig
    • Bovenste beeld waziger -> LO aanpassen
    • Onderste beeld waziger -> RO aanpassen
    • Hypermetroop -> Sferisch + toevoegen
    • Myoop -> Sferisch - toevoegen
  • #7 subjectieve refractie, werkwijze binoculair, rood-groen

    Letters voorplaatsen en – sferen toevoegen tot 10/10 comfortabel leesbaar is
    Rood/groen-test voorplaatsen
    Vragen op welk kleur de letters het duidelijkst zijn
    • Gelijk -> de sferische sterkte is correct
    • Groen donkerder -> sferisch + toevoegen
    • Rood donkerder -> sferisch toevoegen
  • #7 subjectieve refractie, achterliggende informatie
    Achterliggende informatie
    Nevelmethode (-> + 3.00 doen) => (Brandpunt schuift naar voor als je + toedient, daarom (+3.00) doen bij test 7 -> om myopie te creeen)
    Positieve sferen gebruiken om een kunstmatige myopie te creëren
    Brandpunt komt voor het netvlies
    Accommoderen zorgt voor meer wazigheid
    => Relaxatie van accommodatie
  • #7 subjectieve refractie, achterliggende informatie
    Test van Parein
    • Nevelen zorgt ervoor dat het interval van Sturm volledig voor het netvlies ligt (samengesteld myoop astigmatisme)
    • De zwakst gekromde meridiaan zal een brandlijn vormen dichtst bij het netvlies
    • Deze lijn wordt dus zwarter
    • Loodrecht daarop bevindt zich dus de as
    -- // ) -> verticale lijn dichter bij netvlies => verticale lijn is zwarter      
    // -- ) > horizontale lijn dichter bij netvlies => horizontale lijn is zwarter
    -- => horizontale lijn, // => verticale lijn, ) => netvlies
  • #7 subjectieve refractie, achterliggende informatie (losse kruiscilinder)

    Losse kruiscilinder (Jackson Cross Cylinder)
    • +/- 0.25 D -> Sf. +0.25  Cil. -0.50 
    • Rode stippen -> negatieve as
    • Witte/zwarte stippen -> positieve as
    • Wieltjes -> as
    • P -> cilindersterkte
    • -0.25 -> brandlijn verschuift naar achter
    • +0.25 -> brandlijn verschuift naar voor
    • Verticale meridiaan beïnvloedt de horizontale brandlijn
    • Horizontale meridiaan beïnvloedt de verticale brandlijn
    • -> Hoe kleiner het focale interval, hoe kleiner de afstand tussen -> de twee brandlijnen, hoe minder wazig het beeld/ hoe scherper het beeld
  • Rode stippen
    • Negatieve as => -0,25
  • Witte/zwarte stippen
    • Positieve as => + 0,25
  • Hoe kleiner het focale interval

    Hoe kleiner de afstand tussen de twee brandlijen, hoe minder wazig het beeld/ hoe scherper het beeld
  • Rood/groen-test
    Door chromatische aberratie breekt licht met korte golflengten (blauw, groen) sterker dan licht met lange golflengten (rood) ->niet alle kleuren vallen perfect op het netvlies
  • Rood/groen-test
    • Geel op netvlies
    • Groen voor netvlies
    • Rood achter netvlies
  • Effect bij rood/groen-test
    • Emmetroop oog ziet de letters in het rode en groene vlak ongeveer even goed
    • Bij hypermetroop schuift het brandpunt naar achter en komt groen dichter bij het netvlies te liggen
    • Bij myopie schuift het brandpunt naar voor en komt rood dichter bij het netvlies te liggen
  • #7 subjectieve refracties achterliggende informatie, bij controleren van de refractie
    Groen beter -> Verbetering iets positiever maken om brandpunt op het netvlies te krijgen
    Rood beter -> Verbetering iets negatiever maken om brandpunt op het netvlies te krijgen
    Rood = groen -> Ideale correctie
  • #9 werkelijke adductie voor ver, achterliggende info/ resultaat/ verwachte waarde
    • Achterliggende informatie
    • BO-prisma’s doen de ogen convergeren
    • Resultaat
    • De som van de BO-prisma’s van beide ogen
    • Verwachte waarde
    • 7Δ à 9Δ
  • #9 werkelijke adductie voor ver, betekenis
    De blur geeft de limiet aan van de beschikbare positieve fusionele convergentie reserve
    Door de BO-prisma’s gaan de ogen convergeren terwijl de accommodatie behouden blijft op dezelfde afstand. De blur ontstaat wanneer de accommodatie de inhibitie niet meer kan volhouden.
      -> Relatie tussen accommodatie en convergentie
  • #10 convergentie voor ver, achterliggende informatie/resultaat
    Achterliggende informatie
    BO-prisma’s doen de ogen convergeren
    Resultaat
    De som van de BO-prisma’s van beide ogen
    Break/recovery (recovery -> altijd kleiner dan break)
    Indien er bij de recovery wordt overgegaan naar BI-prisma’s, noteren we het herstel als negatief
  • #10 convergentie voor ver, als je geen break ziet
    Geen break zien:
    • •als break groter is dan waarde op draaiding à noteren als: > 40 ipv schatten
    • supressie: persoon kijkt maar met 1 oog door prisma
    Hoe verschil zijn?
    Bij supressie gaat het beeld opschuiven -> “ik zie maar 1 lijntje maar die is precies aan het weglopen”
  • #10 convergentie voor ver, betekenis break
    Betekenis, Break
    Reserve van de totale convergentie voor ver met activatie van accommodatie
    Meet de totale hoeveelheid fusionele en accommodatievevergentie
    Het punt waarop de patiënt met gebruik van al zijn convergentie niet langer enkel zicht kan behouden
  • #10 convergentie voor ver, betekenis, recovery
    betekenis, Recovery
    • Limiet van de fusie op afstand
    • Het punt tot waarop de veroorzaakt netvlies dispariteit is afgenomen zodat de patiënt toegang kan krijgen tot het vergentiesysteem en weer enkelvoudig zicht kan krijgen
    • Belangrijke indicator voor visuele efficiëntie
  • #11 abductie voor ver (achterliggende info/resultaat)
    Achterliggende informatie
    BI-prisma’s doen de ogen divergeren
    Resultaat
    • De som van de BI-prisma’s van beide ogen
    • Break/recovery
    • Indien er bij de recovery wordt overgegaan naar BO-prisma’s, noteren we het herstel als negatief
    verwachte waarde
    9/5
  • #11 abductie voor ver, betekenis
    ¤Betekenis
    Break
    • De limiet van het totale divergentievermogen van de ogen is bereikt, waardoor diplopie ontstaat
    • De totale hoeveelheid van fusionele en accommodatievevergentie
    • De ogen keren terug naar hun passieve positie = forie
    Recovery
    • Door een terugkeer van de negatieve fusionele vergentie is er terug enkelvoudig zicht
    • De limiet van de fusie op afstand
    • Belangrijke indicator voor visuele efficiëntie
  • #12 verticale forie- en ductietest voor ver
    waarom introductie als je Base Up zet?
    omdat je beeld naar beneden gaat
  • #12 verticale forie- en ductietest voor ver, resultaat forietest
    resultaat
    forietest
    • Overblijvende prisma BU -> rechter hyperforie = linker hypoforie
    • Overblijvende prisma BD -> linker hyperforie = rechter hypoforie
    • Meetprisma op 0 -> orthoforie
  • #12 verticale forie- en ductietest voor ver (betekenis)
    betekenis
    Forietest
    • Bepalen van de relatieve verticale positie van de visuele assen voor ver als fusie verbroken wordt
    Ductietest
    • Verticale fusiereserves
  • #13B geïnduceerde horizontale forie voor nabij
    betekenis
    Belangrijk om te vergelijken met het resultaat van #13A om na te gaan wat de impact is van #7 op de forie voor ver
    • + -> meer exo
    • - -> meer eso
  • #14A Gedissocieerde kruiscilindertest voor nabij
    • Vaste kruiscilinder heeft sterkte van +/-0.50 D
    • Negatieve as op 90° -> +0.50  -1.00  90°
    • Horizontale brandlijn schuift naar voor
    • Verticale brandlijn schuift naar achter
  • #14A gedissocieerde kruiscilindertest voor nabij (betekenis)
    betekenis
    Meet de hoeveelheid accommodatie vrij van convergentie op 40 cm
    Meet de intensiteit en de verslechtering van het visueel patroon
    Meet de graad van structuratie van het visueel patroon
    Meet of een visueel probleem al dan niet recent is
    Meting van de anisometropie voor nabij
  • #14B gefusioneerde kruiscilindertest voor nabij
    achterliggende informatie
    • vaste kruiscilinder heeft sterkte van +/- 0,50D
    • negatieve as op 90° -> +0,50 -1,00 90°
    • horizontale brandlijn schuift naar voor
    • verticale brandlijn schuift naar achter