Bevolking en ruimte C

Cards (46)

  • bevolkingsgroei
    • sociale bevolkingsgroei (migratie)
    • natuurlijke bevolkingsgroei (geboorte en sterfte)
  • transitiemodel
    fase 1 = hoog geboortecijfer en hoog sterftecijfer
    fase 2 = hoog geboortecijfer en dalend sterftecijfer
    fase 3 = dalend geboortecijfer
    fase 4 = laag geboortecijfer en laag sterftecijfer
    fase 5 = sterftecijfer is hoger dan het geboortecijfer
  • vergrijzing
    toename ouderen op de totale bevolking
  • ontgroening
    dalende percentage van het aantal jongeren op de totale bevolking
  • ontwikkeling Nederland (decennia )

    stijgende bevolkingsgroei
  • ontwikkeling Duitsland ( decennia )

    1950 - 1970 = langzame groei
    na 1970 = geen groei geen daling
    1990 = langzame groei
  • migratie
    verhuizen naar een ander gebied
  • immigratie
    verhuizen van Nederland naar het buitenland
  • remigratie
    terug verhuizen naar eigen land
  • migratiemotieven
    reden om te migreren
  • gezinshereniging
    wanneer het gezin weer bij elkaar komt
  • bevolkingsdichtheid
    het aantal inwoners per vierkante kilometer
  • ijzeren gordijn
    West-Duitsland = kapitalistisch
    Oost-Duitsland = communistisch
    1950 = migratie van oost naar west
  • bevolkingsverspreiding
    West-Duitsland = veel werk / veel inwoners
    Oost-Duitsland = weinig werk / weinig inwoners
  • braindrain
    veel hoogopgeleiden emigreren
  • regio's
    groeiregio = een gebied waar het aantal inwoners stijgt
    krimpregio = een gebied waar het aantal inwoners daalt
  • Ruhrgebied
    veel industrie
    vervuilende industrie veranderd in veel groen
  • urbanisatie
    mensen vertrekken van het platteland naar de stad
  • reikwijdte
    de maximale afstand die mensen willen afleggen om naar de voorziening toe te gaan
  • verzorgingsgebied
    het gebied waarin de gebruikers van een bepaalde voorziening wonen
  • drempelwaarde
    het minimum aantal klanten dat een voorziening nodig heeft
  • ruimtelijke ordening
    inrichting
  • bestemmingsplan
    • wat er met een bepaald gebied gaat gebeuren
    • de inwoners hebben inspraak
  • segregatie
    het buitensluiten van bepaalde groepen
  • integratie
    groepen samengevoegd
  • opbouw stad 

    historische stadskern = midden van een stad
    concentrisch groeimodel = om de stadskern kringen van woonwijken
  • sector groeimodel
    steden met een stervormig patroon
  • meerkernen-groeimodel
    een stad met meerdere stadskernen
  • centrum van steden
    • oude ( kleine ) woningen
    • hoge bebouwingsdichtheid
    • weinig groen
    • veel voorzieningen
  • forenisme
    het dagelijks op en neer reizen tussen werk en huis
  • congestie
    files
  • agglomeratie
    steden die aan elkaar groeien
  • eenkindpolitiek
    jaar = 1979
    meer jongens want die gingen meer geld verdienen
    nu heeft China veel meer Mannen dan Vrouwen
  • bevolkingsdichtheid China
    West-China = weinig werkgelegenheid slecht bewoonbaar (droog en bergen)
    Zuidoosten + noordoosten = hoge bevolkingsdichtheid
  • eenpartijstelsel
    China heeft 1 politieke partij = communistische partij
  • hukousysteem
    China in 2 delen
    1. stedelijke bevolking ( je mag in de stad wonen )
    2. platteland bevolking ( je mag niet in de stad wonen )
  • stedelijke hukou
    voordelen
    • onderwijs
    • gezondheidzorg
    • pensioen
  • tweekindpolitiek
    jaar = 2015
    waarom:
    • meer arbeiders
    • minder vergrijzing
    • de scheve man-vrouwverhouding word tegengegaan
  • industrialisatie
    gevolgen betere industrie
    • beter stedelijke hukou
    • platteland armoede
    • veel urbanisatie ( van platteland naar stad )
    • megasteden ontstaan
  • arbeidsmigratie
    alle arbeiders werken in steden
    te weinig arbeiders op het platteland voor voedsel