Parasitologie

Cards (33)

  • klinisch relevante parasieten zijn:
    • Giardia
    • Dientamoeba
    • cryptosporidium
    • toxoplasma
    • ascaris
    • enterobius
    • toxocara
    • fasciola
    • taenia saginata
    • taenia solium
  • een parasiet die de huid infesteert is een ectoparasiet
  • een parasiet die in alle mogelijke organen kan zitten zoals bloed en darmen heet een endoparasiet
  • ook bij parasieten heb je te maken met vectoren, sommige vectoren zijn eindgastheer. zoals malariamug voor plasmodium, de mens is een tussengastheer.
    andere vectoren zijn tussengastheer.
  • Een gastheer waar:
    voor eencellige de celdeling plaatsvind
    voor warme parasieten volwassenheid bereikt wordt
    heet een eind gastheer
  • een gastheer waar de parasiet ontwikkeld zonder volledig volwassen te worden heet een tussengastheer
  • een gastheer die als besmettingsbron voor andere gebruikt wordt heet een resevoir gastheer
  • een gastheer die enkel voor verspreiding gebruikt. niet noodzakelijk maar er vind wel vermenigvuldiging plaats. dit heet een transport gastheer
  • een gastheer waar de parasiet terecht komt maar dit niet binnen de normale cyclus van de parasiet hoort noemen we een toevalsgastheer.
  • een parasiet die zich met één bepaalde gastheer in stand kan houden is homoxeen
  • een parasiet die afhankelijk is van gastheerwisseling is hetroxeen
  • een parasiet die wel gastheerwisseling doet maar binnen een bepaalde soort heet stenoxeen
  • een parasiet die meerdere gastheersoorten kan hebben is euryxeen
  • de tijd tussen een infectie en het verschijnen van parasieten en parasieten eieren heet de prepatentietijd
  • plasmodium zal erytrocyten afbreken
  • nematoden hebben een cuticula. deze beschermt tegen afweerstoffen
  • giardia duodenalis zal zorgen voor volgende symptomen:
    • malabsorptie
    • epigastrische pijn
    • vermagering
    • diarree
    • flatuentie
  • cryptosporidium spp gaan in de dunne darm zitten, hierbij:
    • malabsorptie
    • diarree
    • bij immuungecompromiteerde = levensbedreigend
    vooral overgedragen met zwemmen en dieren.
  • dientamoeba fragilis zit in de dikke darm en is niet pathogeen
  • toxoplasma gondii is een primaire infectie bij immunocompetente mensen -> asymptomatisch. bij immuungecompromiteerde -> cerebrale abcessen. zal zitten in weefsels (oog, hersenen, enz). ook gevaarlijk voor zwangeren -> foetale misvorming
  • rondwormen heten nemathelminthes. nematoden zijn niet gesegmenteerde rondwormen
  • platwormen zijn platyhelminthes. je hebt cestoden (gesegmenteerd) en trematoden (niet gesegmenteerd)
  • via aberrante migratie kunnen parasieten soms op een gevaarlijke plek terecht komen (oog, ruggenmerg, enz)
  • ascaris lumbricoides is een nematode en zitten in de dunne darm. je krijgt: darmzweren, soms darmobstructie, penetratie van galwegen, apendix...
  • toxocara canis/catis is foodborne en migreren als larven in weefsels.
  • entrobius vermicularis zit in de colon en rectum en is onmiddellijk besmettelijk. zal de aarsjeuk veroorzaken.
  • belangrijke nematoden zijn:
    • ascaris lumbricoides
    • toxocara canis/catis
    • entrobius vermicularis
  • de belangrijkste cestoden zijn taenia saginata en taenia solium.
  • cestoden kunnen neurocysticercosis veroorzaken door cysticercen in het brein. dit is een belangrijke oorzaak van epilepsie.
  • volgroeide cestoden zijn taeniase (lintworm) en zitten altijd in de darm. de larven zijn cysticercen en zitten in weefsels
  • de belangrijkste trematode is fasciola hepatica en gaat in de galwegen zitten. -> galwegobstructie en lever abcessen
  • schurft wordt veroorzaakt door sarcoptes scabiei en nesten zich in de huid op warme plekken.
  • hoofdluizen= pediculus humanus capitis
    schaampluizen= pthirus pubis (deze is compacter dan hoofdluis)