H5.4 F>N

Cards (22)

  • l'étudiant (m)
    de student
  • il fait nuit
    het is donker
  • la lumière
    het licht
  • le devoir
    de opdracht
  • en plein air
    in de openlucht
  • le nombre
    het aantal, het getal
  • en compagnie de
    in gezelschap van
  • la capitale
    de hoofdstad
  • sentir
    ruiken
  • profond
    diep
  • ça suffit
    het is genoeg
  • le visiteur
    de bezoeker
  • l'amateur (m)
    de liefhebber
  • le tableau
    het schilderij
  • la sculpture
    het beeld
  • d'abord
    eerst
  • le sable
    het zand
  • le cycliste
    de fietser
  • le marché
    de markt
  • les épices (f pl)
    de kruiden
  • la forêt
    het bos
  • l'arabe (m)
    het Arabisch