De theorie gaat ervan uit dat de ontwikkeling van baby's met sprongetjes (transities) verloopt. Vóór een sprong vertoont de baby huilerig en aanhankelijk gedrag (regressie). De sprongen vinden plaats op 10 vaste leeftijden: rond 5,8,12,17,26,30,36,44,52 en 61 weken