Koeien hebben planum nasolabiale, geen aparte bovenlip
Philtrum
Overblijfsel van fusie tussen mediale nasale prominentiae en maxillaris prominentiae
Ontwikkeling neusholte
1. Stomodeum is primaire mondopening
2. Neusplacoden gaan inzakken in mesenchym en vormen reukgroeve
3. Primaire neus- en mondholte worden gescheiden door oronasale membraan
4. Oronasale membraan wordt vervangen door processi palatini
5. Neusseptum sluit aan op secundaire gehemelte
Neusseptum
Mate van fusie is diersoortafhankelijk
Bij paard over gehele lengte
Bij rund caudaal geen fusie
Processen meer caudaal leiden tot bilaterale neusuitvloeiing
Neusschelpen (conchae)
Rostraal: dorsale (uit os nasale) en ventrale (uit os maxillaris) conchae
Caudaal: ethmoïdale conchae (labyrinth)
Grote diersoortverschillen in neusmorfologie
Brachycephale hondenrassen hebben zoveel weefsel in neus dat ze moeilijk kunnen ademhalen
Paranasale sinussen
Postnataal ontstane uitgroeiingen van de neusholte door de schedelbeenderen
Functie: bescherming, schedelmorfologie zonder teveel massa, resonantie geluid
Luchtzak bij het paard
Ventrale uitzakking van buis van Eustachius
Belangrijke kopzenuwen
Waarschijnlijke functie: verkoeling van bloed in a. carotis interna
Larynx
Primaire rol larynxmusculatuur: afsluiten diepe luchtwegen
Secundaire rol: vocalisatie
Stembandverlamming leidt tot hogere luchtwegweerstand en benauwdheid
Stembanden
Valse (rostraal) en ware (caudaal) stembanden
Cricoarytenoideus dorsalisopent stemspleet
Overige spieren sluiten stemspleet
Als je geen 2 soorten stembanden hebt, heb je de m. thyroarytenoideus
Epiglottis
Strotklepje, steel ligt tegen schildkraakbeen, verbonden met arythenoidea via lig. aryepitglottica
Bij paard ligt epiglottis altijd op palatum molle, dus ademhaling alleen door neus
Tongbeenskelet
Aantal botjes afhankelijk van diersoort door evt. verschillende mate van fusies
Trachea
Ontwikkelt uit voordarm
C-vormige ringen
Tracheacollaps kan leiden tot benauwdheid
Diepe luchtwegen
Bronchiën
Longen
Pleura
Diafragma
Bronchiën
Trachea verbonden met longen via primaire bronchiën
Primaire bronchiën lopen uit tot secundaire en tertiaire bronchiën en uiteindelijk tot bronchioli en alveoli
Bronchioli bevatten geen klierweefsel en kraakbeen
Bij herkauwers en varken: bronchus trachealis
Recessus costomediastinalis is waar je hart beluistert tijdens echocardiografie
Respiratieapparaat vogels
Geen gehemelte, maar choanaalspleet door incomplete fusie van processi palatini
Larynx minder goed ontwikkeld, maken geen geluid ermee
Maken geluid met syrinx
Geen alveoli maar parabronchiën
Luchtzakken zorgen voor ventilatie, longen zelf worden niet groter en kleiner
Retrovelaar
Epiglottis op palatum molle
Neusgangen
Meatus nasi dorsalis voert lucht naar ethmoïdale conchae
Meatus nasi medius staat in verbinding met de paranasale sinussen
Meatus nasi ventralis en meatus nasi communis zijn de ademgangen
Aan welke processus van het arythenoid zijn de stembanden gebonden?
Processus vocalis
Respiratorisch en intrapulmonair
Bronchioli respiratoria
Bronchioli alveolares
Sacculi alveolares
Luchtgeleidend en intrapulmonair
Secundaire bronchi
Tertiaire bronchi
Bronchioli
Bronchioli terminales
m. cricothyroideus
m. cricoarytenoideusdorsalis
m. cricoarytenoideuslateralis
m. vocalis
m. ventricularis
m. arytenoideus transversus
4+5= m. thyroarytenoideus
Welke 3 gewrichtjes bevat de larynx?
Articulatio cricothyroidea
Articulatio cricoarytenoidea
Articulatio thyrohyoidea
Op welke plekken liggen de parietale pleura tegen elkaar aan?
Cupula pleura
Recessus costomediastinalis
Recessus costodiafragmatica
Voor de geluidsproductie er zijn twee type stembanden, valse aan de rostrale zijde, en ware aan de caudale zijde. De cricoarytenoideus dorsalis is voor het openen van de stemspleet. De overige spieren zijn verantwoordelijk voor het sluiten
Conchae: mesenchymale rollen bekleed met ectoderm
Verbening door endochondrale ossificatie
Functie: oppervlaktevergroting t.b.v reuk (in ethmoïdiale deel) en respiratoir gedeelte (verwarmen, bevochtigen, stofvangen en H2O opvangen bij uitademen)
Rostraal: dorsale (uit os nasale) en ventrale (uit os maxillaris) conchae
Caudaal: ethmoïdale conchae (labyrinth)
Door welke zenuwen worden de larynxspieren geïnnerveerd?
n. laryngeus en n. laryngeus cranialis (alleen m. cricothyroideus)
Hoe is de epiglottis verbonden met de arytenoidea?
Via het lig. aryepiglottica
Stylohyoid: aanhechting van het tongbeenskelet aande schedel in de buurt van de externe gehoorgang