Aardrijkskunde deel 1

• fysische geografie


  Gaat over natuur
• Economische dimensie


  geld verdienen en werkgelegenheid
• Politieke dimensie


  Bestuur
• Social- culturele dimensie


  Gaat over taal en leeftijdsopbouw
• Analfabetimeseringsgraad


  Het aandeel van de bevolking dat kan lezen en schrijven
• urbanisatiegraad


  percentage van de bevolking dat in steden woont
• Verstedelijking


  proces waarbij mensen van het platteland naar de stad trekken
• verstedelijkingstempo/ urbanisatie tempo


  De toename van de stedelijke gewoonten en moderne en vernieuwde ideeën
• suburbanisatie


  trek van de stad naar het platteland
• bevolkingsspreiding


  Bevolkingsverdeling over een gebied
• bevolkingsdichtheid


  gemiddeld aantal inwoners per km2
• leeftijdsopbouw


  Geeft informatie demografische druk
• Bevolkingsdruk


  Druk door de omvang van de bevolking of van bepaalde leeftijdsklassen
• vergroening


  Hoog geboortecijfer, relatief groot aantal jaren
• vergrijzing


  Groeit aantal 65 jaren en ouder; een oudere bevolking
• Demografische druk


  Verhouding tussen de productieve en de niet-productieve leeftijdsgroep.
• Fase 1


  Hoog geboortecijfer, hoog sterftecijfer
• Fase 2


  Hoog geboortecijfer, dalend sterftecijfer
• Fase 3


  Dalend geboortecijfer en sterftecijfer
• Algemene regel 1: groenedruk

  Hoe armer een land/ gebied, hoe meer kinderen het gevolg
• Algemene regel 2 vergrijzing

  Hoe rijker een land/ gebied, hoe minder kinderen
• pullfactoren


  Reden die een gebied aantrekkelijk maakt voor migranten. Heet ook aantrekkingsfactor.
• pushfactoren


  redenen om uit een gebied te vertrekken. Afstotende kracht
• Zuid- Noord migratie


  Van Afrikaanse landen naar Europese landen
• Zuid- zuid


  Midden- Oosten naar Azië
• Diffusie


  Verspreiding van cultuurelementen
• HDI


  Levensverwachting, analfabetisme en koopkracht
• BNP


  Alles wat DOOR een land wordt geproduceerd ook verdiensten in het buitenland
• BBP


  Alles wat BINNEN het land wordt geproduceerd (lophurewi)
• primaire sector


  Beroepen in de landbouw, visserij en mijnbouw.
• secundaire sector


  beroepen in de industrie en de bouw
• tertiaire sector


  dienstensector
• Algemene regel 3


  Meestal hoe rijker een land, hoe groter het aandeel mensen dat in de tertiaire sector werken
• Centrumlanden


  Economie gebaseerd op tertiaire sector, veel kennis, kapitaal, aanwezig willen winst maken, hoog inkomen
• Braingain


  Toename van geschoolde werknemers in een land of andere stromen waardoor de economie van het land beter wordt.
• braindrain


  Het wegtrekken van hoogopgeleide mensen uit een gebied, waardoor kennis uit dat gebied verdwijnt.
• semiperiferie


  Economie gebaseerd op secundaire sector. Sterke economische groei, toename (inkomens) ongelijkheid
• periferie


  Economie gebaseerd op primaire sector. Levert grondstoffen en goedkope arbeid, laag inkomen, blijven achter ten opzichte rest van de wereld
• exploitatiekolonie

  Leverde grondstoffen en landbouwproducten aan het moederland
• vestigingskolonie


  Een gebied waar kolonisten zich blijvend vestigen. Zij bouwen het gebied opnieuw op, vaak naar het voorbeeld van het moederland. De meeste vestigingskolonies behoren nu tot de rijkere landen in de wereld.