6.2, 6.3 en 6.4

Cards (12)

  • In 1990 werden Oost- en west Duitsland herenigd. Vanaf 1991 viel de Sovjet-Unie uiteen in vijftien staten en Joegoslavië in zeven staten.
  • Vanaf 1993 werkte Europese landen nauwer samen in de Europese unie. Het aantal lidstaten groeide van 12 naar 28.
  • De EU is een organisatie van onafhankelijke democratische staten die bevoegdheden hebben overdragen aan het au-bestuur.
  • De machtsverhoudingen in Europa veranderden door de toetreding van oost Europese staten tot NAVO vanaf 1999 en tot de Eu vanaf 2004 vanaf 2000 herstelde Rusland zijn machtspositie.
  • Internationale organisaties zetten zich in om spanningen en conflicten te voorkomen te beperken en te beëindigen.
  • Na de koude oorlog behielden de VS hun leidende rol in de wereld om hun veiligheid, welvaart en waarden te bevorderen. Vanaf 2009 kozen de VS voor een minder leidende rol.
  • Na de koude oorlog groeide het aantal liberale democratieën onder druk te staan door maatregelen door autocratische regeringsleiders.
  • Na de koude oorlog was er een enorme groei van het van het aantal vluchtelingen in de wereld. Ook veel economische migranten verlieten hun land.
  • Door de digitale revolutie ontstond de informatiemaatschappij omstreeks 1990.
  • Door digitalisering nam de globalisering toe. Er ontstond ook meer internationale politiek samenwerking.
  • vanaf 2007 verspreidde de kreditcrisis zich naar westerse landen en Japan. regeringen werkten samen om de crisis op te lossen.
  • Door de economische groei in India en China nam vanaf 1990 de armoede in de wereld af. in de westerse wereld bleven laagopgeleiden achter in hun welvaart.