Het cardiovasculair stelsel is het eerste orgaanstelsel volledig operationeel intra-uterien
Functies van het cardiovasculair stelsel
Transport van opgeloste gassen, voedingsstoffen, hormonen, afvalproducten
Stabilisering van de pH en de ionensamenstelling van de interstitiele vloeistof in het gehele lichaam (neutralisatie zuren, homeostase calcium en kalium ionen)
Beperking vloeistofverlies bij verwonding (bloedstollingsfactoren)
Verdediging tegen gifstoffen en ziekteverwekkers (leucocyten en antistoffen)
Het bloed wordt voortgestuwd door de pompwerking van het hart
Het bloed stroomt door een kleine en grote bloedsomloop die gescheiden zijn (na de geboorte)
Elke bloedsomloop begint en eindigt bij het hart en bevat arterieen, capillairen en venen
Arteries (slagaders)
Efferente bloedvaten. Voeren bloed van het hart weg.
Venen (aders)
Afferente bloedvaten. Voeren bloed naar het hart toe.
Opbouw van het hart
Rechter Hart (zuurstof-arm)
Linker Hart (zuurstof-rijk)
Tricuspidalisklep
Klep met 3 klepblaadjes
Pulmonaalklep
Semilunaire klep met 3 halvemaanvormige klepblaadjes
Mitralisklep
Bicuspiede klep
Aortaklep
Tricuspied klep met 3 valvulae semilunaris
De coronaire circulatie bestaat uit de a. coronaria dextra (RCA) en a. coronaria sinistra (LCA)
Het elektrisch geleidingssysteem bestaat uit de sino-atriale knoop (SA-knoop), atrioventriculaire knoop (AV-knoop), bundel van Hiss, rechter bundeltak (crus dextrum), linker bundeltak (crus sinistrum) en Purkinje vezels
Autonome innervatie
Sympathisch zenuwstelsel
Parasympathisch zenuwstelsel
Bloedvaten
Arterieen
Arteriolen
Capillairen
Venulen
Venen
Tunica interna (intima)
Het endotheel van de bloedvatwand en onderliggende laag bindweefsel
Tunica media
Glad spierweefsel, collagene en elastische vezels. Dikker bij een arterie dan bij een vene.
Tunica externa (adventitia)
Koker van bindweefsel rond het bloedvat. Vervlechting met aangrenzende weefsels.
De functie van kleppen in het veneuse systeem is om te zorgen dat bloed stapsgewijs terug naar het hart kan
De kleine en grote circulatie hebben 3 functionele patronen met elkaar gemeen
Grote arteriën van de grote bloedsomloop
aorta ascendens
arcus aortae
aorta descendens thoracalis
aorta descendens abdominalis
arteriae iliacae communes
Bloedtoevoer naar hoofd en hals
carotis communis
carotis interna
carotis externa
vertebralis
De cirkel van Willis is een anastomose tussen de a. carotis interna en de a. basilaris
Bloedvaten in de bovenste ledemaat
radialis
ulnaris
Bloedvaten in de aorta abdominalis
phrenica inferior
truncus coeliacus
mesenterica superior
mesenterica inferior
aa. renales
aa. adrenalis
ovarica/testicularis
De arcade van Riolan is een onderlinge verbinding tussen de a. mesenterica superior en a. mesenterica inferior
Bloedvaten in de onderste ledemaat
femoralis
poplitea
tibialis anterior
tibialis posterior
Het veneuze systeem volgt het arteriële systeem, met uitzondering van de oppervlakkige venen
Het portaal systeem is verbonden met de spijsvertering