Hat cardiovasculair stelsel

Cards (35)

  • Cardiovasculair stelsel
    • Circulerende vloeistof: het bloed
    • Pompsysteem: het hart
    • Flexibele buizen: de bloedvaten
  • Het cardiovasculair stelsel is het eerste orgaanstelsel volledig operationeel intra-uterien
  • Functies van het cardiovasculair stelsel
    • Transport van opgeloste gassen, voedingsstoffen, hormonen, afvalproducten
    • Stabilisering van de pH en de ionensamenstelling van de interstitiele vloeistof in het gehele lichaam (neutralisatie zuren, homeostase calcium en kalium ionen)
    • Beperking vloeistofverlies bij verwonding (bloedstollingsfactoren)
    • Verdediging tegen gifstoffen en ziekteverwekkers (leucocyten en antistoffen)
    • Stabilisering lichaamstemperatuur
  • Samenstelling van vol bloed
    • Bloedcellen (45%)
    • Plasma (55%)
  • Bloedcellen
    • Erythrocyten (rode bloedcellen) (99,9%)
    • Trombocyten (bloedplaatjes) (<0,1%)
    • Leukocyten (witte bloedcellen) (<0,1%)
  • Plasma
    • Water (92%)
    • Eiwitten (albumine, globulines, fibrinogeen) (7%)
    • Opgeloste stoffen: voedingsstoffen (lipiden, aminozuren, vitamines), electrolyten, afvalstoffen (1%)
  • Het bloed wordt voortgestuwd door de pompwerking van het hart
  • Het bloed stroomt door een kleine en grote bloedsomloop die gescheiden zijn (na de geboorte)
  • Elke bloedsomloop begint en eindigt bij het hart en bevat arterieen, capillairen en venen
  • Arteries (slagaders)

    Efferente bloedvaten. Voeren bloed van het hart weg.
  • Venen (aders)
    Afferente bloedvaten. Voeren bloed naar het hart toe.
  • Opbouw van het hart
    • Rechter Hart (zuurstof-arm)
    • Linker Hart (zuurstof-rijk)
  • Tricuspidalisklep
    Klep met 3 klepblaadjes
  • Pulmonaalklep
    Semilunaire klep met 3 halvemaanvormige klepblaadjes
  • Mitralisklep
    Bicuspiede klep
  • Aortaklep
    Tricuspied klep met 3 valvulae semilunaris
  • De coronaire circulatie bestaat uit de a. coronaria dextra (RCA) en a. coronaria sinistra (LCA)
  • Het elektrisch geleidingssysteem bestaat uit de sino-atriale knoop (SA-knoop), atrioventriculaire knoop (AV-knoop), bundel van Hiss, rechter bundeltak (crus dextrum), linker bundeltak (crus sinistrum) en Purkinje vezels
  • Autonome innervatie
    • Sympathisch zenuwstelsel
    • Parasympathisch zenuwstelsel
  • Bloedvaten
    • Arterieen
    • Arteriolen
    • Capillairen
    • Venulen
    • Venen
  • Tunica interna (intima)

    Het endotheel van de bloedvatwand en onderliggende laag bindweefsel
  • Tunica media
    Glad spierweefsel, collagene en elastische vezels. Dikker bij een arterie dan bij een vene.
  • Tunica externa (adventitia)
    Koker van bindweefsel rond het bloedvat. Vervlechting met aangrenzende weefsels.
  • De functie van kleppen in het veneuse systeem is om te zorgen dat bloed stapsgewijs terug naar het hart kan
  • De kleine en grote circulatie hebben 3 functionele patronen met elkaar gemeen
  • Grote arteriën van de grote bloedsomloop
    • aorta ascendens
    • arcus aortae
    • aorta descendens thoracalis
    • aorta descendens abdominalis
    • arteriae iliacae communes
  • Bloedtoevoer naar hoofd en hals
    • carotis communis
    • carotis interna
    • carotis externa
    • vertebralis
  • De cirkel van Willis is een anastomose tussen de a. carotis interna en de a. basilaris
  • Bloedvaten in de bovenste ledemaat
    • radialis
    • ulnaris
  • Bloedvaten in de aorta abdominalis
    • phrenica inferior
    • truncus coeliacus
    • mesenterica superior
    • mesenterica inferior
    • aa. renales
    • aa. adrenalis
    • ovarica/testicularis
  • De arcade van Riolan is een onderlinge verbinding tussen de a. mesenterica superior en a. mesenterica inferior
  • Bloedvaten in de onderste ledemaat
    • femoralis
    • poplitea
    • tibialis anterior
    • tibialis posterior
  • Het veneuze systeem volgt het arteriële systeem, met uitzondering van de oppervlakkige venen
  • Het portaal systeem is verbonden met de spijsvertering
  • Oppervlakkige venen in hoofd en hals
    • v. subclavia
    • v. cephalica
    • v. basilica