Thema 1 week 1

• Stafylokokken


  Grampositieve kokken die een druifachtig uiterlijk hebben. De belangrijkste is Stafylokokken aureus
• 30% van populatie in neus, 10% van populatie op perineum
• Stafylokokken


  • Zorgt lokaal voor pustels/ boils/ abcessen/ wondinfecties/ osteomyelitis
  • Kan systemisch leiden tot bacteremie met infectieuze endocarditis
• Virulentie van Stafylokokken


  • Ontstaat door enzymen en toxinen die zij produceren
  • Een belangrijk enzym is katalase dat waterstofperoxide afbreekt
  • Een belangrijke toxine is PVL die leukocyten kan doden en boils/ abcessen/ necrotiserende pneumonie geeft
• Sommige virulente rassen kunnen toxisch shock syndroom veroorzaken
• Coagulase negatieve stafylokokken


  Huidcommensalen die niet zorgen voor een significante infectie, behalve wanneer exogene materialen geïnfecteerd worden
• Het is belangrijk om goed handen te wassen om contaminatie met Stafylokokken te voorkomen
• Behandeling Stafylokokken


  • De meeste rassen waren gevoelig voor penicilline, maar 90% is nu resistent door productie van beta-lactamase
  • Er is nu wel gevoeligheid voor flucloxacilline, erythromycine, cefalosporine, gentamycine
• MRSA-bacteriën


  • Resistent voor flucloxacilline/ co-amoxiclav/ cefalosporine, macroliden en fluoroquinolones
  • Incidentie is afgenomen door infectiepreventie, maar nog relatief hoog in bepaalde ziekenhuisafdelingen
• Behandeling MRSA


  Combinatie van glycopeptiden/ daptomycine/ dalbavancine/ linezolide/ tetracycline/ co-trimoxazol om resistentie te voorkomen
• Een ras van Staf. aureus is vancomycine resistent
• Streptokokken


  Grampositieve kokken die een kettingachtig voorkomen hebben, onderverdeeld op basis van zuurstofbehoefte en hemolyse op bloedplaten
• Groep C en G Streptokokken


  • Kunnen oorzaken zijn van bacteremie en cellulitis
• Strep. pyogeen


  • Belangrijkste humane pathogeen, komt voor bij 10% van de kinderen
  • Veroorzaakt cellulitis, tonsillitis, post-streptokok syndromen
  • Acute cellulitis is een lokaal verspreidende infectie van de dermis en hypodermis
  • Invasief ras kan zorgen voor necrotiserende fasciitis
  • Exotoxinen kunnen zorgen voor een levensbedreigende Streptokok toxisch shock syndroom
• Strep. viridans


  • Orale commensalen met lage virulentie, kunnen infectieuze endocarditis veroorzaken
• Strep. pneumonie


  • Meest voorkomende oorzaak van lobulaire pneumonie, kan ook bronchopneumonie, otitis media, exacerbatie chronische bronchitis veroorzaken
  • Bij ouderen en jongeren kan meningitis optreden, bij patiënten met splenectomie kan sepsis optreden
• Strep. anaeroob


  • Darm commensalen, kunnen intra-peritoneale abcessen en necrotische infecties veroorzaken
• Behandeling Streptokokken


  • Penicilline heeft voorkeur, mild oraal, ernstig parenteraal
  • Weinig resistentie voor macroliden, soms gedeeltelijke penicilline resistentie
• Enterokokken


  • Grampositieve kokken die lijken op Streptokokken, meest voorkomend zijn Enterokok feacalis en Enterokok feacium
  • Komen voor in normale darmflora, kunnen infecties veroorzaken in genitale/urologische tractus en infectieuze endocarditis
• Behandeling Enterokokken


  • E. faecalis gevoelig voor penicilline/amoxicilline/vancomycine, E. faecium resistent voor penicilline/amoxicilline
  • Genitale/urologische tractus: cefalosporine, infectieuze endocarditis: benzylpenicilline en gentamicine
• Wanneer er een sepsis optreedt is de oorzaak vaak nosocomiaal
• Vancomycine resistente enterokokken


  • Laaggradige pathogenen die intravasculaire lijnen infecteren, komen voor bij hematologie, transplantatie en IC patiënten
  • Gevoelig voor linezolide, daptomycine, tigecycline
• Enterobacteriën


  • Gramnegatieve bacillen met staafvormig uiterlijk, maken 1% uit van darmflora
  • Kunnen opportunistisch infecties veroorzaken vanuit darmflora door directe contaminatie, perineale verspreiding of hematologische verspreiding
• E. coli


  • Meest voorkomende pathogeen, oorzaak van 80% van urineweginfecties met sepsis
  • Kan ook bronchopneumonie, darminfecties en urineweginfecties veroorzaken
• Behandeling Enterobacteriën


  • Veel resistentie voor amoxicilline en eerstegraads cefalosporine, tweede- en derdegraads cefalosporine en gentamycine hebben geen resistentie
  • Profylaxe bij darm- en galchirurgie: gentamycine of co-amoxiclav bij anaeroob, beta-lactam of co-amoxiclav bij aeroob
• ESBL-enterobacteriën


  • Enzym op plasmide dat tweede- en derdegraads cefalosporine vernietigt en resistentie geeft tegen quinolonen en cefalosporine
  • Behandeling lokaal via nitrofurantoïne, systemisch via carbapenem
• CPE


  • Resistentie tegen oude en nieuwe antibiotica, snel overdraagbaar via plasmiden, verantwoordelijk voor serieuze infecties
• Andere enterobacteriën


  • Salmonella veroorzaakt tyfoïde met perforaties, Shigella veroorzaakt dysenterie, Yersinia en Jejuni veroorzaken ileus inflammatie
  • E. coli is oorzaak van acute hemorragische collitis met hemolytisch ureum syndroom
• Pseudomonas


  • Aerobe gramnegatieve staven, belangrijkste is Pseudomonas aeruginosa
  • Komt voor in darmflora van 10% van populatie, vaak nosocomiaal pathogeen
  • Komt vaak voor bij langdurige wonden, kan sepsis veroorzaken bij brandwonden en ventilatie
• Verotoxine


  Hemolytisch ureum syndroom
• Ze geven voedsel-overgedragen infectie
• Pseudonomen


  Aerobe gramnegatieve staven, waarvan de belangrijkste Pseudonomen aeruginosa zijn
• Pseudonomen aeruginosa geeft niet vaak een chirurgische infectie
• Pseudonomen aeruginosa


  Houdt van een vochtige omgeving
• Locaties waar Pseudonomen aeruginosa voorkomt

  • Buiten ziekenhuis - dieren/ planten/ water/ grond
  • In ziekenhuis - antiseptica/ desinfectie
• Pseudonomen aeruginosa komt voor in de darmflora van 10% van de populatie, maar is vaak een nosocomiaal pathogeen
• Proliferatie van Pseudonomen aeruginosa vindt plaats bij onderdrukking van andere flora door breedspectrum antibiotica
• Locaties waar Pseudonomen aeruginosa vaak voorkomt


  • Chronische been ulcera
  • Blijvende urinaire katheters
  • Langdurige fracturen
• De aanwezigheid van Pseudonomen aeruginosa in deze wonden is niet altijd klinisch zichtbaar
• Pseudonomen aeruginosa kan zichtbaar zijn door een groenblauwe uitscheiding