par 5.1

• Functies wortel


  • Nemen opgeloste mineralen en water op
  • Verankering in de grond
  • Opslag reservestoffen
• Opneming van water en mineralen

  1. Aan de wortels zitten kleine haartjes: Wortelharen

  2. Wortelharen nemen veel water en mineralen op

  3. Wortelharen maken het worteloppervlak groter, waardoor de plant veel meer water kan opnemen
• Verankering in de grond


  • Wortels zorgen dat de plant blijft staan
  • Soms waait een orkaan een plant om, dan zijn de wortels toch niet sterk genoeg
• Opslag reservestoffen


  • Planten maken in de zomer veel reservestoffen aan zodat ze de winter kunnen overleven
  • Die stoffen worden opgeslagen in de wortel
• Bouw wortel


  • Opperhuid
  • Schorsweefsel
  • Zeefvaten
  • Houtvaten
  • Deelweefsel
  • Mergweefsel
• Opperhuid


  • Het buitenste laagje cellen, het vormt de grens tussen de plant en het uitwendige milieu
• Schorsweefsel


  • Bescherming en stevigheid
  • De opname van water en mineralen
  • Er kunnen reservestoffen worden opgeslagen
• Houtvaten en zeefvaten


  • Vaatbundels
  • Houtvaten vervoeren water mineralen naar boven
  • Zeefvaten vervoeren stoffen naar beneden
• Deelweefsel


  • Maakt cellen aan waardoor de wortel steeds dikker word
• Mergweefsel


  • Helpt mee met het vervoeren van stoffen
  • Kan extra stevigheid geven aan de wortel
• Soorten wortels


  • Hoofdwortel met zijwortels
  • Bijwortels (veel even grote wortels)
• Klein wortelstelsel


  • Als de grond nattig/drassig is, er zit er al veel water in de grond
• Groot wortelstelsel dicht bij de oppervlak

  • Als de grond droog is, zodat de plant meer water kan opnemen en beter in de grond blijft staan
• Wortels diep in de grond

  • Betekent dat het water diep in de grond zit
• Wortelknolletjes


  • Planten vormen deze om daar hun reservestoffen op te slaan