zinnetjes

Cards (10)

  • Wer ist an der Reihe? = Wie is aan de beurt?
  • Wer 6 gewürfelt hat, bekommt einen weiteren Wurf. = Wie 6 heeft gegooid mag nog een keer gooien
  • Du darfst zwei Felder weiter. = je mag 2 vakjes verder
  • Die Karten mischen. = de kaarten schudden
  • Zieh eine Karte. = trek een kaart
  • Nicht für Kinder unter 3 Jahren geeignet. = niet geschikt voor kinderen onder 3 jaar
  • In meiner Freizeit spiele ich gern ein Spiel. = in mijn vrije tijd doe ik graag een spelletje
  • Wir wollen das Spiel beenden. = wij willen het spel afsluiten
  • "Mensch ärgere Dich nicht" wurde seit 1914 über 90 Millionen Mal verkauft. = mens erger je niet werd sinds 1914 meer dan 90 miljoen keer verkocht
  • Er kann es nicht ertragen, zu verlieren. = hij kan niet tegen zijn verlies