§2

Cards (29)

  • Communicatie tussen cellen wordt geregeld door signalaalstoffen, de signalaalstoffen die de cellen van hormoonklieren afgeven zijn de hormonen.
  • De hormonen worden afgegeven aan het bloed. Klieren met een eigen afvoerbuis noem je exocriene klieren.
  • Zweetklieren zijn een voorbeeld van exocriene klieren.
  • Hormonen zijn alleen actief in organen waarvan de cellen receptoren bezitten waaraan het hormoon kan binden: doelwitorgaan.
  • De mate van de reactie in het doelwitorgaan wordt bepaald door de hormoonconcentratie en het aantal hormoonreceptoren voor het bepaalde hormoon.
  • Een hormoon kan ook door het celmembraan de cel in gaan en binden aan een receptoreiwit, hierdoor ontstaat er een hormoon-receptorcomplex.
  • Het hormoon komt door de kernporie de kern binnen en kan zich binden aan het DNA en kan daardoor genen aan en uit zetten.
  • De second Messenger geeft signalen in een cel door, hij kan bijvoorbeeld bepaald enzymen activeren die vervolgens weer andere reacties op gang brengen.
  • Hormoonklieren zijn onderdeel van het hormoonstelsel, de belangrijkste hormoonklieren zijn: Hypofyse, Schildklier, Bijnieren, Eilandjes van langerhans, Teelballen (testes) en eierstokken (ovaria).
  • De hypofyse ligt onder de hypothalamus en produceert onder andere de hormonen TSH (thyreoïdstimulerend hormoon), FSH (follikelstimulerend hormoon) en LH (luteïniserend hormoon).
  • Via de hypothalamus en de hypofyse zijn het zenuwstelsel en het hormoonstelsel verbonden, neuronen in de hypothalamus geven twee typen neurohormonen af: Releasing hormoon en Inhibiting hormoon
  • De alvleesklier is een verteringsklier, en heeft een exocriene functie.
  • Groeihormoon (GH) regelt groei en ontwikkeling.
  • Bij stressreatie produceert het bijniermerg adrenaline.
  • De glucoseconcentratie in het bloed noem je ook wel de bloedsuikerspiegel.
  • De bijnieren liggen als kapjes op de nieren.
  • Releasing hormonen (RH) zorgen ervoor dat de endocriene cellen in de hypofyse voorkwab meer hormonen produceren.
  • Spijsverteringshormonen worden geproduceerd in de kliercellen van de alvleesklier, de maag- en darmwand.
  • Een bijnier bestaat uit bijnierschors en bijniermerg.
  • Inhibiting hormonen (IH) zorgen ervoor dat de endocriene cellen in de hypofyse voorkwab geen hormonen meer produceren.
  • Te veel en te weinig productie van het groeihormoon kan leiden tot grote en kleine mensen.
  • Als je een tijd niets hebt gegeten en de bloedsuikerspiegel onder de normwaarde komt dan gaan de alfa- cellen in de eilandjes van langerhans glucagon produceren.
  • De alvleesklier produceert het spijsverteringssap dat wordt afgegeven aan de twaalfvingerige darm.
  • Sommige hormonen als FSH en LH beïnvloeden de testes en ovaria.
  • Dit hormoon stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen in het rode beenmerg.
  • De nieren produceren het hormoon epo wanneer ze te weinig zuurstof krijgen aangevoerd.
  • Hypofysehormonen Adrenocorticotroop hormoon (ACTH) uit de hypofysevoorkwab wordt geproduceerd bij stress.
  • In de eilandjes van Langerhans komen alfa cellen voor die glucagon produceren (verhogen suikerspiegel) en er komen ook bèta cellen voor die insuline produceren (verlagen suikerspiegel).
  • Tussen de cellen van de alvleesklier liggen de groepjes cellen met endocriene functie: eilandjes van langerhans.