FA1: Neerslagtitraties

Cards (19)

  • Titratie: methode om de onbekende concentratie van een bepaalde stof in oplossing te bepalen, waarbij een stof met gekende concentratie geleidelijk wordt toegevoegd aan de oplossing.
  • Analiet (oplossing): de oplossing met het onbekende analiet (zit in erlenmeyer).
  • Titrans/Titrant/Titer (vloeistof): de bekende stof in oplossing die (druppelsgewijs) wordt toegevoegd aan analiet.
  • Equivalentiepunt/Omslagpunt: het punt waar al het analiet is weggereageerd en het titrant nu in overmaat is.
  • Op het equivalentiepunt geldt altijd: 𝑛 π‘Žπ‘›π‘Žπ‘™π‘–π‘’π‘‘ = 𝑛 π‘‘π‘–π‘‘π‘Ÿπ‘Žπ‘›π‘‘ (π‘Ÿπ‘’π‘˜π‘’π‘›π‘–π‘›π‘”β„Žπ‘œπ‘’π‘‘π‘’π‘›π‘‘ π‘šπ‘’π‘‘ π‘šπ‘œπ‘™π‘£π‘’π‘Ÿβ„Žπ‘œπ‘’π‘‘π‘–π‘›π‘”)
  • Er zijn verschillende soorten titraties gebaseerd op het soort reactie dat plaatsvindt, maar ook op het soort eindpuntsbepaling.
  • Zuur-basetitraties

    Onbekend zuur of base wordt geneutraliseerd door base of zuur van titrant.

    Eindpuntsbepaling (= omslagpuntsbepaling)
    • Indicator (visuele methode)
    • pH-meter (instrumentele methode)
    Problemen
    • Zie dia 4
  • Indicator: stof die van kleur verandert i.f.v. zuurtegraad.
  • Instrumentele titraties

    Hier wordt het equivalentiepunt gevonden door het gebruik van een toestel.
    • Potentiometrie, coulometrie, voltammetrie enz., ...
    Eindpuntsbepaling (= omslagpuntsbepaling)
    • Instrumenteel: We meten een macroscopische eigenschap van de oplossing(zoals voltage, stroom, potentiaal e.d.) en correleren dit met een concentratie.
    Problemen
    • Zie dia 5
  • Neerslagtitraties

    Titraties waarbij analiet een onoplosbaar product vormt met titrant en neerslaat.

    Eindpuntsbepaling (= omslagpuntsbepaling)
    • Indicator: stof die van kleur verandert bij reactie met overmaat analiet of titrant
    • NIET: kijken tot wanneer er vaste stof gevormd wordt. Bij equivalentie wordt erte weinig neerslag/precipitaat bijgevormd om te kunnen waarnemen
    • Visuele methode
    Problemen
    • Zijn minimale kleuromslagen waarneembaar door het menselijk oog?
    • Zijn er nevenreacties met de indicator?
  • Vereisten voor een neerslagtitratie
    • Er moet een quasi-onoplosbare stof gevormd worden.
    • De indicator moet duidelijke kleuromslag geven.
    • De indicator reageert voldoende trager dan het titrant met het analiet.
    Voor meer uitleg --> zie dia 7-9!
    • Via de titratiecurve kan het equivalentiepunt bepaald worden.
    • Door de logaritmische aard, vinden we een abrupte sprong bij het equivalentiepunt, ook al werd het titrant gelijkmatig toegevoegd.
    • Let op: p is het negatief logaritme van de concentratie. --> Stijgt de concentratie van een stof in oplossing dan zal p (en dus de curve) dalen.
  • Opstellen van een titratiecurve
    2 situaties:
    • Een onbekende concentratie bepalen a.d.h.v. titratiecurve.
    • Het verloop van de curve voorspellen a.d.h.v. concentraties (gekende titrant en analiet concentratie).
  • Opstellen van een titratiecurve
    1. Wat is de situatie?
    2. Waar ligt het equivalentiepunt?
    3. Wat is de pH voor het equivalentiepunt?
    4. Wat is de pH na het equivalentiepunt?
    5. Resultaten verzamelen.
    Voor vb. oef --> zie dia 14-20!
  • Factoren die de titratiecurve beΓ―nvloeden
    Verdunning van reagentia
  • Factoren die de titratiecurve beΓ―nvloeden
    Oplosbaarheidsproduct
  • Methodes voor equivalentiepuntbepaling
    Methode van Mohr
    • Om Cl- te bepalen met Ag+
    • indicator CrO4-
    • rode neerslag Ag2CrO4
    Nadelen:
    • De gele kleur van CrO42- in oplossing verhindert neerslagwaarneming
    • Voldoende neerslagwaarneming is al gedeeltelijk voorbij het equivalentiepunt
    • Het verschil in oplosbaarheid van AgCl en indicator is niet bijster groot
    • De pH moet min of meer neutraal blijven voor de indicator
  • Methodes voor equivalentiepuntbepaling
    Methode van Fajans
    • Bepaling van halogeniden door titratie met Ag+.
    • Adsorptie-indicator: fluorosceΓ―ne-ionen reageren met de overmaat aan Ag+ tot een rode verbinding (tijdens practicum werd difenylamine gebruikt als adsorptie-indicator).
  • Methodes voor equivalentiepuntbepaling
    Methode van Volhard
    • Bepaling van Ag+ door titratie met SCN-.
    • Complexerende indicator: Ag+ vormt een precipitaat met SCN
    • Bij equivalentie begint er een overmaat SCN- te zijn die een complex vormt met Fe3+.
    Nadelen
    • Lage pH (< 2) is nodig.
    • Vele mogelijke nevenreacties met andere ionen mogelijk.