Parlementaire democratie

Cards (83)

  • soevereiniteit
    Het exclusieve recht van een staat om zonder inmenging van buitenaf beslissingen te maken.
  • Politiek
    Het maken van keuzes waaraan alle burgers in een staat gebonden zijn.
  • Algemeen belang
    Zaken die voor veel mensen belangrijk en nuttig zijn
  • Directe democratie
    Een bestuursvorm waarbij de bevolking direct invloed uitoefent op de poolitieke besluitvorming.
  • Representatieve democratie
    Een bestuursvorm waarbij het volk verrtegenwoordigers kiest die beslissingen nemen en aan de bevolking verantwoording moeten afleggen over hun beleid.
  • Parlementsair stelsel
    Representatieve democratie waarbij de bevolking via verkiezingen een volksvertegenwoordiging kiest, het parlement.
  • Constitutionele monarchie
    Een staatsvorm waarin de taken en beviegdheden van het staatshoofd in de grondwet zijn vastgesteld.
  • Presidentieel stelsel
    Representatieve democratie waarin de bevolking niet alleen het parlement, maar ook het staatshoofd kiest.
  • Parlementaire democratie
    een democratie met een parlementair stelsel
  • Dictatuur
    De meest vergaande vorm van een autoritair regime, waarin inwoners vrijwel rechteloos zijn.
  • Autoritair regime
    Een bestuursvorm waarbij alle macht in handen is van een persoon (dictator), een familie, een kleine groep mensen, een partij of militairen.
  • Censuur
    Overheidscontrole van de media en kunstuitlingen.
  • Ideologie
    Een samenhangend geheel van ideeën over de mens en de gewenste inrichting van de samenleving.
  • Politiek links
    Een politieke ideologie die een actieve overheid wil om de ongelijkheid tussen mensen te verminderen.
  • Politiek rechts
    Een politieke ideologie die de nadruk legt op eigen verantwoordelijkheid en zo min mogelijk bemoeienis van de overheid op sociaaleconomisch gebied wil.
  • Politiek midden
    Een politieke ideologie die zowel linkse als rechtse standpunten heeft.
  • Liberalisme
    Politieke stroming die de vrijheid en eigen verantwoordelijkheid van burgers centraal stelt en streeft naar een terughoudende overheid.
  • Socialisme
    Politieke stroming die streeft naar vermindering van sociale ongelijkheid door een actieve rol van de overheid
  • Communisme
    Vorm van socialisme, waarbij gelijkheid bereikt zou worden door revolutie te ontketenen bij de arbieders en kapitaal collectief bezit te maken.
  • Sociaaldemocratie
    Vorm van socialisme die de gelijke kansen benadrukt en streeft naar een sterke rol van de overheid om gelijkheid tot stand te brengen.
  • Confessionalisme, christendemocratie
    Politieke stroming die zich baseert op het christelijke geloof en uitgaat can een organische staatsopvatting met bijpassende waarden als naastenliefde en saarnhorigheid
  • Ontideologisering
    Het verdwijnen van ideologie als leidraad voor hoe de samenleving meot worden ingericht.
  • Ecologisme
    Politieke stroming die de zorg voor de aarde centraal stelt waarbij het bestrijden ban de klimaarcrisis en beschermen van het milieu voorop staat.
  • Populisme
    Politieke stijl die de stem van het volk wil laten horen en zich keert tegen de elite.
  • Progressief
    Vooruitstrevend zijn en de maatschappij willen veranderen
  • Conservatief
    Behoudend zijn en benadrukken wat al bereikt is.
  • Reactionair
    Op sociaal-cultureel gebied terug willen naar de situatie van vroeger.
  • Kosmopolitisch
    Het land is onderdeel van een groter, geglobaliseer geheel, waarin we onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.
  • Nationalistisch
    Het eigen land en de eigen identiteit moeten afgeschermd en beschermd worden tegen invloed van buitenaf.
  • Politieke partij
    Een groep mensen met globaal dezelfde ideeën over een ideale samenleving.
  • One-issue partij
    Partij die één specifieke doelgroep vertegenwoordigt of vooral naar één aspect van de samenleving kijkt.
  • Niet democratische partij
    Partij met standpunten die in strijd zijn met de rechtzaak.
  • Zwevende kiezers
    Kiezers die niet bij elke verkiezing op dezelfde partij stemmen.
  • Actief kiesrecht
    Het recht oim bij verkiezingen een stem uit te brengen.
  • Passief kiesrecht
    Het recht om verkiesbaar te zijn.
  • Evenredige vertegenwoordiging
    Kiesstelsel waarbij alle uitgebrachte stemmen worden verdeeld over het beschikbare aantal zetels.
  • Kiesdeler
    De hoeveelheid stemmen die nodig is voor één zetel.
  • Kiesdrempel

    Een partij moet een minimumpercentage stemmen halen om mee te kunnen delen in de zetels.
  • Disricten- of meerderheidsstelsel
    Kiesstelsel waarbij een land wordt verdeeld in districten en waarbij de afgevaardigde die de meeste stemmen haalt in het district in het parlement komt.
  • mediacratie
    term die de grote invloed van de media op de politieke situatie aanduidt.