Presentatie gedragsbiologie

Cards (32)

  • Onze onderzoek wordt uitgevoerd met Java-apen, die onder het geslacht van de makaken vallen.
  • Vrouwtjes Java-apen zijn vanaf ongeveer hun vierde levensjaar vruchtbaar, en krijgen elke één á twee jaar een nieuw jong.
  • Mannetjes Java-apen planten zich voort vanaf dat hun vijfde of zesde levensjaar.
  • In het wild leven de Java-apen in bossen met groepen van soms wel honderd apen.
  • In gevangenschap zijn dit vaak minder apen, afhankelijk van de ruimte.
  • Er worden regelmatig in groepen Java-apen nieuwe mannetjes geïntroduceerd, dit gebeurt in het wild en in gevangenschap.
  • Introductie vindt met name plaats om inteelt tussen mannetjes en hun volwassen vrouwtjes te voorkomen.
  • Omdat vrouwtjes Java-apen vanaf 4 jaar vruchtbaar zijn, gebeurt introductie ook ongeveer om de 3 tot 5 jaar.
  • Introductie van een nieuw mannetje brengt risico’s met zich mee, het is mogelijk dat een mannetje niet geaccepteerd wordt in de groep.
  • Wanneer een mannetje vier weken in de groep aanwezig is, wordt de introductie beschouwd als succesvol.
  • Mocht het mannetje niet in de groep geïntroduceerd worden dan proberen we het met één van de resterende mannetjes in dezelfde leeftijdsgroep, die ook al getraind is.
  • Een ander risico is infanticide, het doden van infanten door andere mannetjes in de groep.
  • Er zijn meerdere hypotheses die infanticide kunnen verklaren, één daarvan, en tevens degene waar wij van uit gaan, is de seksuele selectie hypothese.
  • Dit houdt in dat de mannelijke apen alleen jongen doden van andere mannetjes.
  • Dit doen ze om de interbirth interval te verkorten, waardoor de moeder namelijk onvruchtbaar wordt zolang de jongen borstvoeding krijgen.
  • Na het doden gaat het mannetje proberen om met het vrouwtje te paren, en zo van haar nakomelingen te krijgen en zijn eigen reproductie voordeel te verhogen.
  • Testosteron toeneeMT als de dreiging ervaren wordt bij soorten waarbij mannen competitie hebben om vrouwtjes.
  • Testosteron verhoogt de paringsinspanning in mannelijke primaten.
  • Mannetjes vergroten hun nakomelingensucces door met zoveel mogelijk vruchtbare vrouwtjes te paren, maar infanticide kan een oplossing zijn wanneer een vrouwtje lacteert en niet vruchtbaar is, wat nadelig is voor niet-verwante mannetjes.
  • Een deel van testosteron wordt omgezet in oestradiol, een vorm van estrogeen.
  • Oudere mannetjes hebben vermoedelijk minder behoefte aan extra nakomelingen, aangezien ze die waarschijnlijk elders al hebben, waardoor ze minder moeite doen voor paringssucces, omdat hogere testosteronniveaus ten koste gaan van de overlevingskans.
  • Testosteron is een steroïde geslachtshormoon dat voornamelijk een rol speelt bij mannen en is een belangrijk hormoon voor de ontwikkeling van de man en mannelijke kenmerken.
  • Vrouwelijke Java-apen hebben tegenstrategieën ontwikkeld om infanticide te vermijden, zoals met meerdere mannen paren om verwarring te veroorzaken, terugvechten tegen het mannetje, of zwangerschap vroegtijdig beëindigen.
  • In situaties waarin de status van een mannetje gekoppeld is aan zijn paringssucces, hebben dominante mannetjes doorgaans een hoger testosteronniveau dan hun ondergeschikte soortgenoten, vooral tijdens het vestigen van hun positie, zoals bij een nieuwe introductie.
  • Testosteronstijgingen na een introductie zijn verwacht.
  • Het is voor de man alleen voordeel als dit gebeurt tijdens de Interbirth Interval.
  • Bij makaken in gevangenschap is de IBI gemiddeld acht maanden.
  • Het is onbekend hoe mannelijke Java-apen infanten herkennen, maar een mogelijke manier is door de kleur van de aap.
  • De jongen worden geboren met een zwarte vacht, na twee tot drie maanden begint de vacht te verkleuren naar een bruingrijze volwassen kleur.
  • Wanneer de infanten een jaar oud zijn, zullen zij geheel bruingrijs zijn, dus vergelijkbaar aan de volwassenkleur.
  • Na een jaar komt ook ongeveer de IBI tot een einde, dit loopt dus vrij synchroon.
  • Het is onbekend of de mannetjes die infanten waarbij zij infanticide plegen, herkennen aan de kleuring van de vacht.