T2H3 aerobe celademhaling

• aerobe celademhalinng

  1. katabool stofwisselingsproces
  2. energierijke organische verbindingen oxideren tot energiearme organisme stoffen (CO2 en H2O)
  3. veel energie komt vrij
• doel aerobe celademhaling

  energie die vrijkomt bij celademhaling omzetten en opslaan in energierijke verbindingen (ATP, NADH en FADH2)
• verschillende stappen aerobe celademhaling

  1. glycoselys
  2. krebscyclus
  3. oxidatieve fosforylering
• glycolyse (cytosol in de cel)

  1. C6H12O6 wordt 2C3H4O3 (pyruvaat), vrije H+ionen en elektronen
  2. nodige energie: 2ATP en 2ADP
  3. gevormde energie: 4ADP en 4ATP
  4. nettowinst: 2ATP
  5. NAD+ reageert tot NADH
• NAD (nicotinamide adenine dinucleotide)

  1. elektronen en waterstofdrager
  2. reductie van NAD+ tot NADH (energieopslag)
  3. oxidatie van NADH tot NAD+ (energie komt vrij)
• krebscyclus (matrix van de mitochondrion)

  1. pyruvaat via actief transport
  2. pyruvaat + co enzym A = acetyl co enzym A
• acetyl co enzym

  1. organisme molecule met 2C atomen
  2. decarboxylatie afsplitsing van CO2
  3. reductie van NAD+ tot NADH
  4. CO2 verlaat lichaam via longen
• krebscyclus (citroenzuurcyclus)

  1. acetyl CoA wordt gekoppeld aan oxaalazijnzuur (4C) en vormt citroenzuur (6C)
  2. citroenzuur (6C) wordt omgezet in oxaalazijnzuur (4C)
  3. 2CO2 moleculen komen vrij
  4. energie komt vrij
  5. vorming van 1ATP, 4NADH en 1FADH2
• FADH2 (flavine adenine dinucleotide)

  1. elektronen en waterstofdrager
  2. reductie van FAD+ tot FADH2 (energieopslag)
  3. oxidatie van FADH2 tot FAD+ (energie komt vrij)
• aerobe celademhaling

  1glucose -> 2pyruvaat -> 2acetylCoA -> 2keer de krebscyclus -> 2keer 3CO2 = 6CO2 -> 2ATP, 8NADH en 2FADH2
• oxidatieve fosforylering

  netto opbrengst ATP uit 1glucose

  1. glucose: 2ATP
  2. krebscyclus (2X): 2ATP
• oxidatieve fosforylering

  energierijke moleculen NADH en FADH2

  1. glycolyse: 2NADH en H+
  2. krebscyclus: 8NADH en H+ en 2FADH2
• oxidatieve fosforylering

  vrijmaken van energie:

  3eiwitcomplexen = elektronentransportketen (elektronen worden doorgegeven tussen de eiwitten in het membraan)

  enzym ATP synthase = binnenste membraan van de mitochondrion
• oxidatieve fosforylering

  eiwitcomplex I

  1. oxidatie van NADH tot NAD+
  2. oxidatie van FADH2 tot FAD+
• oxidatieve fosforylering

  eiwitcomplex II

  1. energie van de elektronen
  2. actief pompen van H+ionen van de matrix naar de intermembraneuze ruimte
• oxidatieve fosforylering

  eiwitcomplex III

  1. O van O2 ioniseren is de finale elektronenacceptor
  2. H+ionen = water
  3. O2 van ingeademde lucht
• oxidatieve fosforylering

  ATP synthase

  1. transmembraaneiwit
  2. groot concentratieverschil H+ionen
  3. H+ionen terug naar matrix volgens de concentratiegradiënt (levert energie)
  4. oxidatieve fosforylering of eindoxidaties
  5. 34 moleculen ATO
• aerobe celademhaling energieopbrengst

  38 moleculen ATP per glucosemolecule

  C6H12O6 + 6CO2 + 38ADP + 38Pi -> 6CO2 + 6H2O + 38ATP
• ATP gebruiken voor

  eiwitsynthase

  stoffentransport

  spiercontractie

  voortbeweging eencelligen

  glucose

  afbreekbare producten van vetten en eiwitten