Save
5e middelbaar
biologie
stof- en energieomzetting
Save
Share
Learn
Content
Leaderboard
Learn
Created by
Stien Van Hoyweghen
Visit profile
Cards (17)
autotrofe organismen
doen aan
fotosynthese
en
chemosynthese
heterotrofe organismen
verzamelen
energie
via
voeding
de celademhaling
zorgt voor
energie voor de levensprocessen
Voor fotosynthese is nodig:
licht
chlorofyl
koolstofdioxide
Dit is
adenosinetrifosfaat
A)
1
B)
2
C)
3
D)
4
4
plantenbladeren bevatten
bladpigmenten
zoals
chlorofyl a/b
Nadat een elektron is aangeslagen door de
lichtabsorptie
kan deze energie terug worden uitgestraald in
warmte
fluorescentie
resonantie-energieoverdracht
uitgestoten elektronen
Er zijn 2 soorten reacties bij fotosynthese:
lichtreacties
en
donkerreacties
Licht wordt opgenomen door
antennechlorofyl
en dan doorgegeven via
resonantie-energieoverdracht
tot
fotosysteem 2
De elektronen worden van
fotosysteem 2
doorgegeven naar de
protonenpomp
en dan naar
fotosysteem 1
In de
protonenpomp
wordt de energie van de aangeslagen
elektronen
gebruikt om
protonen
tegen de gradiënt
in te bewegen
In het
ATP-synthasecomplex
worden de
protonen
geleidelijk aan naar het
stroma
doorgelaten, zo vindt de
fosforylatie
plaats
In
fotosysteem 1
worden
elektronen
opnieuw
weggestoten
om zo
NADPH
te maken
Bij de
donkerreacties
wordt
CO2
samengevoegd met
C5
(
ribulosebifosfaat
) om
C6
te vormen.
C6
verbindingen vallen uiteen in
C3
verbindingen (
fosfoglyceraat
). Aan de hand van
ATP
en
NADPH
wordt dit omgezet in
C3
(
glyceraldehydefosfaat
).
Een deel van
C3
(
glyceraldehydefosfaat
) vormt
glucose
, het andere deel wordt met
ATP
terug omgezet in
C5
(
ribulosebifosfaat
)
De bladstructuur
A)
cuticula
B)
epidermis
C)
pallisadeparenchym
D)
sponsparenchym
E)
epidermis
F)
cuticula
G)
stomata
7