Voortplanting

Cards (48)

  • Geslachtsgemeenschap
    Op geslachtelijke wijze voortplanten van de mens door man en vrouw
  • Bevruchting
    Mannelijke zaadcel versmelt met vrouwelijke eicel
  • Bevruchte eicel: erfelijk materiaal beide ouders
  • Mannelijke geslachtsorganen
    Aanmaak zaadcellen vanaf puberteit in de teelballen, gebeurt optimaal bij temperatuur die lager is dan lichaamstemperatuur
  • Penis
    • 3 zwellichamen
    • Seksuele prikkeling vult zwellichamen met bloed, wat leidt tot erectie
  • Eikel
    Gevoelig deel van de penis, bij stimulatie ontstaat zaadlozing
  • Vorming van zaadcellen
    1. Hormonaal geregeld vanaf puberteit
    2. Hypothalamus en hypofyse sturen teelballen aan om testosteron te produceren
    3. Zaadcellen worden gevormd in zaadbuisjes in de teelballen
  • Zaadcel
    • Kop met kern, bevat erfelijk materiaal en blaasje gevuld met afbraakstoffen
    • Zweepstaart voor voortbeweging
    • Weinig cytoplasma, kleinste cellen van de mens
  • Vrouwelijke voortplantingscellen
    Eicellen, aangemaakt in eierstokken vanaf geboorte( onrijpe), komen vanaf puberteit maandelijks rijpe eicellen vrij. De eicellen kunnen niet bewegen enkel de zaadcellen
  • Eileider
    • Trilharen aan binnenzijde
  • Baarmoeder
    Peervormig, gespierd, afgelijnd met baarmoederslijmvlies, ondergaat vanaf puberteit veranderingen
  • Vagina
    Verbinding tussen baarmoeder en buitenwereld, gespierd, soepel en rekbaar, wanden opgebouwd uit slijmvliezen, productie van vocht en slijm, zure omgeving door afscheiding van melkzuur, maagdenvlies is geen vlies dat opening afsluit maar een ringvormig elastisch weefsel
  • Vulva
    Uitwendig deel van de vagina, bestaat uit twee paar huidplooien: binnenste en buitenste schaamlippen, clitoriseikel is een gevoelig bolletje beschermd door clitorishoed
  • Clitoris
    Zwellichamen aan weerszijden die bij opwinding met bloed vullen, belangrijk bij seksuele genotservaring
  • Vorming eicellen en menstruele cyclus
    1. Vanaf puberteit wordt menstruele cyclus aangestuurd via hormonen (hypothalamus en hypofyse)
    2. Één eicel gaat rijpingsproces verderzetten en komt vrij uit de eierstok (ovulatie/eisprong)
    3. Eicel moet binnen 24u bevrucht worden, bevat veel cytoplasma en is een van de grootste cellen van de mens
    4. Rijpingsproces :Oestrogeen en progesteron zorgen voor dikker worden baarmoederslijmvlies, kan eventuele bevruchte eicel opvangen, beïnvloeden hypothalamus en hypofyse via negatief feedbacksysteem
  • Weg van de voortplantingscellen
    • Barrières: zure milieu vagina, slijmprop in baarmoederhals, zwemmen tot in eileider (moeilijke beweging trilharen)
    • Overlevingsduur: zaadcellen 5 dagen, eicellen 24 uur
  • Menstruatie
    1. Pijn en extreme emoties kunnen voorkomen rond de periode van de menstruatie
    2. Je kan last hebben van: krampen, rugpijn, hoofdpijn, pijnlijke borsten, opgeblazen gevoel
    3. Bijna alle vrouwen hebben af en toe last van een pijnlijke menstruatie
    4. Mentaal welzijn kan veranderen: depressief gevoel, overactief, prikkelbaar
  • Geslachtsgemeenschap
    1. Op en neer bewegen van penis in vagina
    2. Prikkeling van eikel
    3. Orgasme + zaadlozing
    4. Sperma komt vrij in buurt baarmoederhals
    5. Vrouw orgasme
    6. Zaadcellen worden geholpen bij transport naar eileiders
    7. Wederzijdse toestemming!
  • Bevruchting
    1. Blaasje in kop zaadcel barst open
    2. Afbraakstoffen komen vrij en lossen eiwitmembraan rond de eicel op
    3. Kern van zaadcel dringt eicel binnen, membraaneigenschappen eicel veranderen -> bevruchtingsmembraan gevormd enkele minuten nadat de eicel bevrucht is zodat er geen andere zaadcellen bij de eicel meer kunnen.
    4. Bevruchting = zygote of bevruchte eicel (erfelijk materiaal vader en moeder)
  • Ontwikkeling van het embryo
    1. Zygote gevormd = start zwangerschap
    2. Stamcellen: cellen die nog alle soorten cellen kunnen vormen
    3. Latere fase gaan stamcellen een bepaalde bestemming krijgen = differentiëren
    4. Ontwikkeling in de baarmoeder : klein klompje cellen wijken uiteen: vormen holblaasje = blastula
    5. Dag 5: ophoping nieuwe cellen aan binnenzijde = kiemknop
    6. Dag 6: embryo nestelen in baarmoederslijmvlies
    7. Dag 14: innesteling voltooid
  • Verdere ontwikkeling van het embryo
    1. Naarmate ontwikkeling verder loopt, meer differentiatie van cellen tot specifieke weefselcellen
    2. Tijdens innesteling: cellen kiemprop vormen 2 naast elkaar gelegen blaasjes
    3. Op dag 15: tussen de 2 blaasjes ontstaan van 3de laag cellen
    4. 3 lagen cellen = kiemschijf
    5. Uit kiemschijf ontstaat embryo
  • De ontwikkeling van het embryo
    • Embryo bevindt zich in amnionholte met vruchtwater, omgeven door 2 vruchtvliezen
    • 3de week: aanleg hersenen, ruggenmerg, bloedvaten en hart
    • Dag 22: hart pompt bloed rond
    • Embryo krijgt cilindrische vorm
    • Ontstaan 4 ledenmaten uit 4 knoppen
    • Vertoont staart en kieuwbogen
    • Volledige embryonale fase 8 weken
  • Ontwikkeling van de moederkoek
    1. Week 1: voedingsstoffen afkomstig baarmoederslijmvlies
    2. Groei embryo maakt voeden met baarmoederslijmvlies niet meer mogelijk
    3. In de wand van de baarmoeder ontwikkelt moederkoek of placenta
    4. Bestaat uit weefsels afkomstig van: groot deel van het ingenestelde embryo, klein deel moeder
    5. Bloedvaten moeder verliezen hun wand, ontstaan open bloedruimten + snelle uitwisseling van stoffen zoals voedingsstoffen, zuurstofgas, afvalstoffen
    6. De moederkoek produceert in de loop van zwangerschap hormonen, belangrijke rol hormonale regeling van de zwangerschap
  • Ontwikkeling van de foetus
    1. Foetale fase: aangelegde organen groeien, verfijnen en in werking treden
    2. Begint met bewegen
    3. 9 weken: ontwikkeling geslachtsorganen, door aanwezigheid testosteron: ontwikkeling mannelijke geslachtsorganen, afwezigheid testosteron: ontwikkeling vrouwelijke geslachtsorganen
    4. 14 weken: geslacht goed zichtbaar
    5. Oefenen verschillende spieren
    6. Zintuigen in werking
    7. 23 weken: foetus hoort hartslag moeder en geluiden buitenwereld
    8. 24 weken: foetus levensvatbaar beschouwd, vroeggeboorte mogelijk, moeder voelt bewegingen
    9. 35 weken: foetus zo groot, weinig ruimte, draait met hoofd naar beneden
  • Geboorte
    1. 1ste teken: weeën = krachtige samentrekking spieren baarmoederwand, opgewekt door prikkels, onregelmatig, worden krachtiger en frequenter
    2. Baarmoederhals korter en wijder: de ontsluiting, slijmprop zit los en vruchtvliezen breken
    3. Baarmoederhals ongeveer 10 cm, baby kan erdoor
    4. Uitdrijving: enkele minuten tot uren, bij elke wee: buik- en rugspieren opspannen en middenrif: baby naar geboortekanaal persen = persweeën, vruchtwater uit longen baby geperst, baby maakt draaibeweging = spildraai
    5. 10 min - half uur naweeën voor loskomen moederkoek = nageboorte
  • Sekse
    • Lichamelijk, biologisch geslacht, bepaald door geslachtschromosomen (XX bij de vrouw en XY bij de man)
    • Bij een op de 2 000 kinderen is hun geslacht bij de geboorte niet geheel duidelijk: ze vertonen de primaire geslachtskenmerken van beide seksen = interseksualiteit, veroorzaakt door een genetische variatie
  • Gender
    • Gevoelsmatig geslacht
    • Traverstiet = kleedt zicht sporadisch of regelmatig in de kledij die met de andere sekse wordt geassocieerd
    • Transgender = biologisch en psychologisch geslacht vallen niet samen
    • Transseksueel = persoon herkent zich niet in zijn of haar geboortegeslacht, en wil dat in meer of mindere mate laten aanpassen door gebruik van hormonen en/of door operaties
  • Seksuele oriëntatie
    • Heteroseksueel = aangetrokken tot andere geslacht
    • Homoseksueel = aangetrokken tot hetzelfde geslacht
    • Biseksueel = aangetrokken tot beide geslachten
    • Panseksueel = aangetrokken tot andere persoon, ongeacht zijn geslacht of gender
  • 5. Eicel niet bevrucht: baarmoederslijmvlies wordt afgestoten, gepaard met bloedingen (menstruatie)6. Eerste dag menstruatie: hormonenconcentratie laag en zo start er een nieuwe cyclus. De eerste paar dagen is er bloedverlies mar na enkele dagen stopt het bloeden. Na 5-6 dagen zal het baarmoederslijmvlies opnieuw dikker worden door de stijging in hormonenconcentratie.
  • Organen aangelegd = embryonale fase achter de rug, nu spreekt men van een foetus
  • Natuurlijke regeling - vrouw
    1. Vrouwelijke baby -> eierstokken 1-2 miljoen eitjes in follikel
    2. Puberteit -> ontwikkeling eitjes tot eicellen ( om 28 dagen)
    3. Vanaf 30 jaar -> daling voortplantingsvermogen van de vrouw
    4. Menopauze -> stop menstruele cyclus en start de onvruchtbare periode
  • Natuurlijke regeling - man
    1. 45 jaar - fertiliteitsproblemen nemen toe
    2. Daling spermavolume
    3. Daling aantal zaadcellen per ejaculatie
    4. Stijging percentage misvormde zaadcellen met impact op beweeglijkheid
    5. Grotere kans seksuele problemen (erectiestoornissen)
  • Onvruchtbaarheid of infertiliteit
    • Als zwangerschap blijft uit na minstens 1 jaar proberen zonder voorbehoedsmiddelen (10% van wereldbevolking)
    • 1/3 oorzaak bij man
    • 1/3 oorzaak bij vrouw
    • 1/3 oorzaak niet direct gekend
  • Waar kan het misgaan?
    • Stoornissen in hormoonproductie hersenen of geslachtsorganen
    • Onvoldoende productie/ slechte kwaliteit zaadcellen
    • Stoornissen in uitrijping eicellen
    • Onvoldoende voorraad eicellen, slechte kwaliteit eicellen
    • Blokkering traject zaadcel/eicel
    • Stoornis in ontmoetingscentrum
    • Problemen innesteling embryo
  • Methoden voor vruchtbaarheidsbehandeling
    • Kunstmatige inseminatie -> sperma op de ovultatie dag in vrouw gebracht
    • Intra-uteriene inseminatie -> sperma inbrengen in baarmoederholte
    • Kunstmatige inseminatie met donorsperma -> zaadcellen ven een anoniem persoon
    • Intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI) ->zaadcel rechtstreeks in eicel geïnjecteerd
    • Eiceldonatie -> partner levert sperma en wordt in een andere vrouw geïnjecteerd
    • In-vitrofertilisatie (ivf) -> bevruchting in een schaaltje
  • Anticonceptie
    • Met hormonen - deze hormonen kunnen het innestelen van een embryo in de baarmoeder tegengaan of de ovulatie blokkeren
    • Zonder hormonen - methoden en middelen om een zwangerschap te voorkomen zonder het gebruik van hormonen
  • Abortus provocatus
    De medische term voor het voortijdig afbreken van een zwangerschap door medisch ingrijpen
  • Methodes voor abortus
    • De abortuspil
    • De zuigcurettage
  • Gezonde levensstijl
    Normale ontwikkeling embryo, makkelijker zwanger, lagere kans vroeggeboorte
  • Ongezonde levensstijl
    Verhoogde bloeddruk, zwangerschapsdiabetes, normale ontwikkeling embryo kan verstoord worden, afsterven, miskraam