Tijdvak 7

Cards (238)

  • Franse Revolutie

    (1789-1799) De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap
  • Democratische revoluties in westerse landen

    • Franse Revolutie (1789-1799)
    • Bataafse Revolutie (1794-1799)
    • Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog (1775-1783)
  • Het ancien regime in Frankrijk bestond uit de adel en de geestelijkheid die veel voorrechten hadden die de rest van de bevolking niet had
  • Standenmaatschappij in Frankrijk

    Geestelijkheid (eerste stand): Geen belasting, eigen rechtspraak
    Adel (tweede stand): Alleenrecht hoger rangen leger en bestuur, geen belasting, boeren op het platteland moeten werken voor Adel en deel opbrengsten afstaan, eigen rechtspraak
  • Verlicht Absolutisme

    Vorst als 'eerste dienaar van de staat', geen 'droit divin' maar maatschappelijk contract, vrijheid van meningsuiting, onafhankelijke rechtspraak, tolerant tegen anders gelovigen, maar ook geen einde standensamenleving of macht adel
  • De derde stand was ontevreden omdat volgens de Verlichting de standenmaatschappij oneerlijk was, alleen de derde stand belasting moest betalen, en boeren en arbeiders het zwaar hadden
  • Gebeurtenissen in 1789

    Bijeenkomst Staten-Generaal, derde stand ontevreden en besluit apart te vergaderen
    Nationale Vergadering (Wij zijn de échte vertegenwoordigers van Frankrijk), Eed op de Kaatsbaan, ook verlichte adellieden en lage geestelijken doen mee
    Bestorming van de Bastille
  • Gebeurtenissen na 1789

    Revolutie slaat over op platteland, boeren opstanden tegen plaatselijke adel en kerk, veel plunderingen
    Nationale Vergadering schaft standenmaatschappij af
    Grondwet 1791: Verklaring van de Rechten van de Mens en de Burger, einde standenmaatschappij, democratie met parlement, koning moet wetten uitvoeren, constitutionele monarchie
    Koning probeert te vluchten maar wordt teruggebracht, Frankrijk wordt een republiek
    Oorlog met Oostenrijk en Pruisen, radicalen onder leiding van Robespierre aan de macht, Lodewijk XVI onthoofd, periode van de Terreur
    Napoleon komt aan de macht, kroont zich tot keizer, Frankrijk veroverd omliggende landen, idealen Franse Revolutie verspreid in heel Europa
  • Gebeurtenissen in Nederland
    Patriotten grijpen macht, Pruisen steunt stadhouder, Patriotten krijgen steun Franse leger, Nederland wordt een democratie met grondwet, Lodewijk Napoleon aan de macht, Nederland provincie van Franse Keizerrijk
    1812: Russische veldtocht, 1813: Slag bij Leipzig, 1815: Verslagen bij Waterloo
  • De afbeelding gaat over de Franse Revolutie
  • Beeldelementen
    • Bestorming Bastille
    Koning Lodewijk XVI
    Revolutionaire burgers
  • De afbeelding laat elementen zien die kenmerkend zijn voor de Franse Revolutie, zoals de bestorming van de Bastille, de koning Lodewijk XVI, en revolutionaire burgers
  • Rationeel optimisme

    Kenmerkend aspect: Rationeel optimisme en 'verlicht denken' dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen
  • Verlichting
    Een intellectuele stroming met als doel de rede en de wetenschap te bevorderen. Het komt op voor grondrechten. Het bestrijd bijgeloof en intolerantie. En is vaak kritisch tegenover religie en absolutisme. De verlichting zou volgens sommige leidde tot een ideale samenleving. Circa 18e eeuw.
  • Optimistisch rationalisme

    'Met logisch nadenken kan je alle problemen oplossen'. Verlichting heeft een sterk vooruitgangsgeloof (alles wordt beter). Middeleeuwen: mens is van nature slecht en afhankelijk van God. Verlichting: mens is van nature goed en onafhankelijk.
  • Rede en wetenschap

    Rationaliteit is het door gezond verstand (alleen op basis van feiten) komen tot waarheid. In de plaats van via emotie of geloof. 'Ik denk, dus ik ben.' René Descartes (1596- 1650). Zoeken naar wetmatigheden in de natuur: natuurwetten. Ook de maatschappij is via wetenschap te begrijpen.
  • Wetenschap in de praktijk

    • Encyclopédie: pogingen tot een overzicht van alle hedendaagse kennis en wetenschap. Verboden in Frankrijk (1759) want: bedreiging voor adel en geestelijkheid.
  • Verlichting en bijgeloof

    Tegen bijgeloof als: Heksenvervolging, Zwarte katten, Kometen. Maar ook tegen: Martelen.
  • Verlichting en Religie

    Niet via godsdienst maar via wetenschap tot waarheid komen. Deïsme (mechanische wereldbeeld): God heeft natuurwetten gemaakt, maar grijpt niet in (wonderen bestaan niet). God is ook niet mensvormig. Diderot / Spinoza. Vandaar: wees tolerant.
  • Spinoza (1632-1677): '"Wonderen zijn niet het bewijs van goddelijke macht, maar van menselijke onwetendheid."'
  • Verlichting en de samenleving

    'Alle mensen zijn gelijk.' Tegen de standensamenleving (en de privileges van adel en geestelijkheid). Tegen slavernij (abolitionisme). Tegen absolutisme. Grondrechten nodig om burgers te beschermen: Tegen de macht van de overheid. Moeten persoonlijke vrijheid verzekeren.
  • Verlichting en grondrechten

    • Vrijheid van godsdienst
    • Vrijheid van meningsuiting
    • Vrijheid van vergadering
    • Vrijheid van pers
    • Recht op bezit
    • Recht op eerlijk proces
  • John Locke
    Functie van overheid is deze rechten te beschermen.
  • Verlichting en politiek

    Tegen macht berustend op goddelijk gezag of traditie (adel). Regeringsmacht berust op een sociaal contract (Locke / Rousseau) tussen burgers en regering. Volkssoevereiniteit. Locke: macht bij uitvoerende macht. Rousseau: permanente volkssoevereiniteit. Representatieve democratie: burgers kiezen volksvertegenwoordigers, deze kiezen de regering.
  • Trias Politica

    Macht corrumpeert dus beter om deze te verdelen over verschillende instanties: Wetgevende macht (maakt wetten), Uitvoerende macht (voert wetten uit), Rechtsprekende macht (spreekt recht over wetten).
  • Verlicht Absolutisme

    • Frederik de Grote (Pruissen): aardappelen zijn juist goed. Catharina de Grote (Rusland): gelijke rechten moslims.
  • Maak opdracht 1,4, 5 en 7b van plz 168
  • Kenmerkend aspect

    • Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme
  • Slavenhandel in 5 stappen

    1. Driehoekshandel
    2. Trans-Atlantische slavenhandel
  • Trans-Atlantische slavenhandel

    Ca. 1600 – 1800, Ca. 11 miljoen slaven verhandeld van Afrika naar Amerika
  • Ca. 1/20 verhandeld door Nederlanders (WIC)
  • Slaven vaak te werk gesteld in de plantagekoloniën
    (B.v. Suriname, Cuba, Haïti)
  • Voor- en tegenstanders Slavernij

    • Voorstanders: De Bijbel, "Mensen met een donkere huidskleur zijn minderwaardig", Slaven zijn vaak al slaaf voordat ze verhandeld werden, Nodig voor de plantages
    • Tegenstanders (abolitionisme): De Bijbel, Verlichting: alle mensen zijn van nature gelijk
  • Afschaffing van de Slavernij (-handel)

    Veel landen verbieden eerst alleen de handel in Slaven, Daarna ook de slavernij
  • Emancipatie
    Het streven naar gelijke rechten van een groep
  • Slavernij pas in 1865 afgeschaft na Amerikaanse burgeroorlog
  • Rassensegregatie in Zuiden pas in 1964 afgeschaft
  • Liberia – kolonie in Afrika gesticht door vrijgelaten slaven
  • Verlicht absolutisme
    Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op eigentijdse verlichte wijze vorm te geven
  • De Verlichting is een intellectuele stroming met als doel de rede en de wetenschap te bevorderen. Het komt op voor grondrechten. Het bestrijd bijgeloof en intolerantie. En is vaak kritisch tegenover religie en absolutisme.