deel 1

Cards (82)

  • PERSONEN MET VISUELE BEPERKING
  • Verworven blindheid = niet blind geboren worden
  • Door de ogen van: https://www.youtube.com/@doordeogenvan3325
  • 1785: Hauy zag hoe personen met een visuele beperking werden bespot
  • Zijn 1ste leerling Louis Braille
  • Ontwikkelde een tactiel lees- en schrijfsysteem dat bestond uit 6 puntjes = Braille
  • Veel kritiek van pedagogen in zijn tijd
  • 18301840: België: 1ste instituten voor blinden (gecombineerd met onderwijs voor doven) opgericht
  • 1854: invoering Braille in Frankrijk
  • 1882: 1ste school voor blinden in het Midden-Oosten in Istanbul
  • 1913: 1ste school voor blinden in Zuid-Afrika
  • Term blind

    mensen met een totaal verlies van gezichtsvermogen
  • Term visueel beperkt
    inclusieve term die beter aansluit bij de diverse gradaties van visuele beperkingen
  • Kruispuntdenken
    model dat verschillende dimensies van diversiteit en machtsstructuren weergeeft, nadruk belang van de persoon als individu, de visuele beperking is slechts 1 van de vele aspecten van iemands identiteit, beperkingen zijn het gevolg van sociale problemen en afhankelijk van iemands positie in de samenleving
  • Visueel waarnemen

    Berust op uiteenlopende visuele functies: lichtzien, gezichtsscherpte, kleurenzien, gezichtsveld, accommoderen, licht-donker adaptatie, contrastgevoeligheid, binoculair zien, oogbewegingen
  • Indeling
    • Oftalmologische indeling, etiologische classificatie, functionele classificatie
  • Gezichtsscherpte/ visus

    Maatstaf voor het waarnemen van 2 dicht bij elkaar gelegen punten op een bepaalde afstand, bepaald door grootte van het kleinste object dat op een bepaalde afstand kan worden gezien
  • Gezichtsveld
    Totale gebied dat overzien kan worden wanneer het hoofd en de ogen volkomen stil wordt gehouden, we zien enkel scherp in het centrale gezichtsveld, de rest van ons netvlies zien we onscherp = perifere gezichtsveld
  • Soorten visuele stoornissen

    • Oculaire stoornissen (OVS), Cerebrale visusstoornissen (CVS)/ cerebrale visuele inperking (CVI)
  • Functionele visuele efficiëntie

    Hoe goed een persoon gebruikt maakt van de beschikbare gezichtsresten
  • Visueel profiel

    Samenhangend geheel van informatie over de mogelijkheden en beperkingen van iemands visuele waarneming, bevat gegevens over ziekten/aandoeningen, functionele stoornissen, activiteiten/handelingen, participatie/deelname, omgevingsfactoren
  • Oorzaken visuele beperkingen

    • Erfelijke factoren, problemen tijdens zwangerschap, problemen rond geboorte, verwondingen/vergiftigingen, chronische ziekten, tumoren, neurologische ziekten, hersenletsel, veroudering
  • Cerebrale Visuele Inperking (CVI)

    Visuele beperkingen veroorzaakt door schade/letsel aan de hersenen, ipv de ogen zelf, vaak problemen met verwerken en interpreteren van visuele informatie ondanks normaal functionerende ogen, kan leiden tot problemen met identificeren van kleuren, onderscheiden van details, begrijpen van beweging en diepte, herkennen van gezichten, kan zorgen voor problemen in verschillende omgevingen
  • Cataract
    Aandoening waarbij de ooglens troebel wordt, wat kan leiden tot verminderd zicht en uiteindelijk blindheid (indien niet behandeld)
  • Netvliesloslating
    Aandoening waarbij het netvlies losraakt van de achterkant van het oog, wat kan leiden tot een plotseling verlies van het gezichtsvermogen in het betreffende oog
  • Cerebrale Visuele Inperking (CVI)

    Verzamelnaam van visuele beperkingen die worden veroorzaakt door schade/ letsel aan de hersenen, ipv de ogen zelf
  • Cerebrale Visuele Inperking (CVI)

    • Vaak problemen met verwerken en interpreteren van visuele informatie, ondanks dat hun ogen normaal functioneren
    • Kan leiden tot visuele problemen zoals moeite met identificeren van kleuren, onderscheiden van details, begrijpen van beweging en diepte, herkennen van gezichten
    • Kan zorgen voor problemen met de visuele waarneming in verschillende omgevingen zoals fel licht, drukte, onbekende omgevingen
    • Kan verschillende oorzaken hebben zoals hersenletsel bij geboorte, infecties, trauma's, andere neurologische aandoeningen
  • Symptomen van Cerebrale Visuele Inperking (CVI)

    Kunnen variëren van mild tot ernstig, afhankelijk van locatie en omvang van hersenbeschadiging
  • Er is geen remedie voor Cerebrale Visuele Inperking (CVI), maar er zijn verschillende therapieën en strategieën
  • Visio biedt diensten aan voor mensen met slechtziendheid/ blindheid
  • Albinisme
    Erfelijke aandoening waarbij er onvoldoende pigment wordt aangemaakt in de huid, ogen/ haren, wat leidt tot gezichtsvermogen, lichtgevoeligheid en verhoogde kans op huidkanker
  • Mensen met albinisme
    • Hebben vaak witte/ lichte haren en huid + verminderde gezichtsvermogen door afwijkingen in de ontwikkeling van het netvlies
    • Hebben in het dagelijks leven vaak extra ondersteuning nodig zoals aangepaste verlichting, zonnebrillen, huidbescherming, hulpmiddelen om te kunnen lezen en schrijven
    • Psychologische ondersteuning kan belangrijk zijn vanwege confrontatie met vooroordelen en discriminatie, wat in sommige geloven kan leiden tot ernstige sociale en psychologische problemen
  • Er is geen eenduidig beeld van het aantal personen met visuele beperking, omdat het verspreid geregistreerd is
  • Prevalentie van visuele beperkingen

    • België: ca. 1% van de bevolking heeft een visuele beperking (110.000 mensen)
    • Wereldwijd: 2015: ca. 253 miljoen mensen, voornamelijk in ontwikkelingslanden waar medische voorzieningen beperkt zijn
    • Westen: vaak ouder dan 50 jaar
  • Andere factoren die bijdragen aan visuele beperkingen zijn epidemieën zoals tuberculose, ziektes en genetische afwijkingen zoals albinisme
  • Ondersteuning vanuit het werkveld (zie orthopedagogiek)

    • RTH
    • NRTH
    • Verschillende internationale organisaties
  • Verschil tussen personen die vroeg- of laatblind zijn

    • Laatblind: kinderen die enkele jaren nog gezien hebben, hebben een beter ontwikkeld voorstellingsvermogen en ruimtelijk gedrag
    • Vroegblind: voorstelling niet aanwezig
  • Individuele verschillen en comorbiditeit (meerdere beperkingen) beïnvloeden elkaar
  • Er is gevaar indien de omgeving niet voldoet aan de behoeften van de persoon met een visuele beperking
  • Risicofactoren en protectieve factoren bij motorische ontwikkeling

    • Kinderen met visuele beperking verwerven belangrijke motorische vaardigheden, maar met enige vertraging en soms in een andere volgorde
    • Doelgroep kan minder info opdoen over de wereld rondom zich en heeft beperktere actieve motorische deelname zonder nodige ondersteuning
    • Achterstanden in de motorische ontwikkeling door gebrek aan stimulerende prikkels
    • Nood aan hulp om het gebrek aan ervaringen te compenseren en voldoende stimulatie en ruimte om te oefenen