Chemie atoombinding

Cards (23)

  • Atoombinding
    Stoffen die uitsluitend uit niet-metalen zijn opgebouwd, willen edelgasconfiguratie bereiken door elektronen op hun buitenste schil op te nemen
  • Hoe kunnen twee niet-metalen, die allebei elektronen willen opnemen, de edelgasconfiguratie bereiken?
    Door het gemeenschappelijk stellen van elektronen
  • Atoombinding tussen gelijksoortige atomen

    ΔEN=0, beide atomen komen tot een octetstructuur door een elektron van elkaar op te nemen zonder dat elektron volledig aan de partner te onttrekken
  • Bindingsdoublet
    Het gemeenschappelijk gebruikte elektronenpaar dat zorgt voor de atoombinding (of covalente binding)
  • Atoomverbindingen of covalente verbindingen

    Stoffen met atoombindingen tussen de atomen
  • Covalente binding

    Komt van de Latijnse uitdrukking 'cum valere' = 'samen van tel zijn' of 'gelijkwaardig zijn', waarbij beide bindingspartners een gelijke inbreng hebben bij de vorming van de gemeenschappelijke doubletten
  • Atoombinding tussen ongelijksoortige atomen

    ΔEN<1,7, waarbij de elektronegatieve verschillen tussen de atomen niet te groot zijn
  • Molecuulroosters
    • Opgebouwd uit moleculen met atoombindingen, onderling verbonden door zwakke aantrekkingskrachten
    • In tegenstelling tot andere roosters breidt deze structuur zich niet steeds onbeperkt uit
  • Atoomroosters
    • Groot, regelmatig netwerk zonder individuele moleculen, waarbij alle atomen door sterke atoombindingen gebonden zijn
  • Molecuulroosters
    Groot, regelmatig netwerk → geen individuele moleculen meer te onderscheiden
  • Atoomroosters
    • Gemeenschappelijke elektronenparen tussen alle atomen van het rooster
    • Elk atoom is door sterke atoombindingen gebonden aan een aantal andere atomen
  • Eigenschappen van atoomverbindingen
    • Kunnen zowel lage als hoge smelt- en kookpunten hebben → afhankelijk van de sterkte van de aantrekkingskracht tussen de ontstane moleculen
    • Geleiden de elektrische stroom niet → geen vrije geladen deeltjes zijn die kunnen bewegen
  • Fotosynthese
    1. Groene planten nemen in hun bladgroenkorrels koolstofdioxide (CO2) op uit de lucht en water (H2O) uit de bodem
    2. Met behulp van de energie van het zonlicht zetten planten deze stoffen om tot suiker en O2
  • Productie van waterstofgas
    1. Gewonnen uit water door middel van elektrolyse of uit aardgas door de ontleding van CH4 (= methaan)
    2. In het labo bereid door de reactie van zuren met sommige metalen
  • Ozonlaag
    • Komt voor in de stratosfeer op een hoogte van 15 tot 45 km
    • Beschermt het aardoppervlak tegen schadelijke UV-stralen van de zon
  • Hoe hoger de luchttemperatuur en de intensiteit van de zonnestraling
    Hoe intenser de chemische reactie verloopt
  • Toepassingen van zwavel
    • Grondstof in de chemische industrie
    • Bestanddeel van belangrijke moleculen in ons lichaam, bv. in eiwitten
  • Atoombinding
    Binding die de niet-metalen aan elkaar binden
  • Atoombinding
    Ontstaat door de vorming van een gemeenschappelijk elektronenpaar
  • Tussen twee atomen kunnen enkelvoudige, dubbele of drievoudige atoombindingen voorkomen
  • Lewisstructuur
    Geeft aan op welke manier de atomen in een molecule aan elkaar gebonden zijn
  • Brutoformule
    Geeft de samenstelling van één molecule weer
  • Atoomverbindingen kunnen voorkomen als molecuulroosters en als atoomroosters