T4H1 deel2

Cards (25)

  • mitose
    1. gewone celdeling
    2. aanmaak van lichaamscellen voor groei en herstel
    3. moedercel naar dochtercel (diploïd en haploïd, genetisch identiek)
  • meiose
    1. halveringsdeling
    2. aanmaak van gameten in voortplantingscellen
    3. moedercel is diploïd 2n
    4. dochtercel is haploïd n
    5. genetisch verschillend
    6. 1 chromosoom van elk homoloog paar
  • zygote
    1. diploïd 2n
    2. per chromosomenpaar 1 mama en 1 papa
  • celcyclus
    1. voorbereiding op celdeling
    2. celdeling
    3. gemiddelde duur voor zoogdiercellen 12 tot 24
  • verschillende fasen (interfase)
    1. G1-fase (volumetoename van cytoplasma en celstofwisseling, bepaling celdeling of G0-fase)
    2. S-fase (synthese fase, DNA-replicatie)
    3. G2-fase (controle DNA, reparatie DNA door eiwitten, geen reparatie mogelijk apoptase, aanmaak extra histonen en membraanmateriaal en centriolenpaar verdubbeld)
  • mitose functie
    1. groei en ontwikkeling
    2. herstel van beschadigde weefsels
    3. in stand houden van een organisme
    4. in stand houden van de soort (aseksuele voortplanting, bacteriën en andere eencelligen gaan klonen, planten stekken)
  • mitose verloop
    1. gedubliceerde chromosomen 2n worden verdeeld over de dochtercellen
    2. profase, metafase, anafase en telofase
  • profase (mitose)
    1. chromatinevezels spiraliseren en condenseren tot delingschromosomen
    2. kernmembraan verdwijnt
    3. delingschromosomen vrij in het cytoplasma
    4. centriolenparen bewegen uit elkaar naar de 2 celpolen
    5. vorming spoelfiguur uit microtubili (trekdraden verbinden met centromeer, overige draden zijn steundraden)
  • metafase (mitose)
    1. microtubili duwen chromosomen naar het evenaarsvlak
    2. willekeurige volgorde op 1 lijn
    3. delingschromosomen vrij in het cytoplasma
    4. chromosomen zijn het gemakkelijkste zichtbaar onder een lichtmicroscoop
  • anafase (mitose)
    1. trekdraden verkorten
    2. delingschromosoom splitst ter hoogte van het centromeer
    3. zusterchromatiden worden naar de tegenovergestelde pool getrokken
    4. elke zusterchromatide is een kopie van het oorspronkelijke chromosoom (identieke erfelijke informatie, mens 46 chromosomen per pool)
  • telofase (mitose)
    1. spoelfiguur verdwijnt
    2. bouwstenen microtubili vormen cytoskelet dochtercellen
    3. vorming kernmembraan
    4. chromosomen despiraliseren en decondenseren tot chromatinevezels
  • cytokinese (mitose)
    1. splitsing cytoplasma door insnoering celmembraan
    2. evenredige verdeling celorganellen
    3. resultaat: 2 identieke dochtercellen
  • meiose
    1. aanmaak van haploïde gameten of geslachtscellen
    2. vooraf interfase (toename celvolume, verdubbeling DNA, aanmaak celorganellen en bouwstoffen)
    3. 2 afzonderlijke celdelingen (eerste meiotische deling, tweede meiotische deling)
  • 1 diploïde 2n moedercel -> 4 haploïde n dochtercellen
  • profase 1 (eerste meiotische deling)
    1. homologe delingschromosomenparen kruisen
    2. wisselen stukjes uit met elkaar
    3. chiasma is contactplaats
    4. crossing over (nieuwe unieke samenstelling chromatides, diversiteit van de soort)
  • metafase 1 (eerste meiotische deling)
    1. homologe delingschromosomen per paar in het evenaarsvlak
    2. elk delingschromosoom van het homologe paar heeft een aparte trekdraad
  • anafase 1 (eerste meiotische deling)
    1. trekdraden verkorten
    2. delingschromosomen worden van elkaar weggetrokken
    3. homologe delingschromosomen worden naar de tegenovergestelde pool getrokken
    4. willekeurig
    5. aantal delingschromosomen wordt gelijk verdeeld over de 2 celpolen
  • telofase 1 (eerste meiotische deling)
    1. korte fase
    2. spoelfiguur verdwijnt
    3. cel maakt zich klaar om te splitsen
  • cytokinese (eerste meiotische deling)
    1. insnoering celmembraan ter hoogte van het evenaarsvlak
    2. 2 cellen
  • profase 2 (tweede meiotische deling)
    1. centriolenparen bewegen naar de tegenovergestelde polen
    2. vorming spoelfiguur
  • metafase 2 (tweede meiotische deling)
    1. delingschromosomen in 1 lijn in het evenaarsvlak
    2. steundraden maken contact met elkaar
    3. trekdraden maken contact met het centromeer
  • anafase 2 (tweede meiotische deling)
    1. trekdraden verkorten
    2. delingschromosoom splitst ter hoogte van het centromeer
    3. zusterchromatiden worden naar de tegenovergestelde pool getrokken
  • telofase 2 (tweede meiotische deling)
    1. spoelfiguur verdwijnt
    2. bouwstenen microtubili vormen cytoskelet dochtercellen
    3. vorming kernmembraan
    4. chromosomen despiraliseren en decondenseren tot chromatinevezels
  • cytokinese (tweede meiotische deling)
    1. insnoering celmembraan ter hoogte van het evenaarsvlak
    2. 4 haploïde dochtercellen n -> genetisch uniek
  • meiose functie
    1. geslachtelijke voortplanting
    2. productie van haploïde cellen (zonder meiose verdubbelingschromosomen zygote)
    3. productie van genetisch unieke gameten (mixing, toevallige schikking metafase 1, crossing over)
    4. evolutie van de soort (crossing over het ontstaan van unieke chromosomen, mixing het ontstaan van unieke set chromosomen)
    5. iedereen is uniek maar bij niet ongeslachtelijke voortplanting