Bedekken van de oogbol voor bescherming (tegen vb. stof).
Het bewegen van tranen naar het ‘drainage/afvoersysteem’ in de mediale canthus bij sluiting van de oogleden.
Het verspreiden van de tranenfilm over de oogbol bij opening van de oogleden, dit speelt dus een rol in de zuurstofvoorziening en de regulering van het watergehalte van de cornea
Bevat structuren die de tranenfilmproduceren.
hoe kan de ooglidrand worden opgesplitst
ooglidrand kan in 2 delen opgesplitst worden:
De laterale vijf-zesden of het ciliairedeel
De mediale één zesde of het lacrimale deel
wat vind je in de ooglid?
Inwendig vindt men:
De huid en het onderhuidsebindweefsel
Het septum orbitale en de tarsaleplaten / bindweefsel
Dwarsgestreept en gladspierweefsel
Klieren
Bloedvaten
tarsale platen
bestaan uit dicht bindweefsel;
geven het ooglid stevigheid en vorm.
m. levator palpebrae (superioris)
dwarsgestreepte spier
bezenuwt door: nervus oculomotrius
functie: bovensteoogspier willekeurig opheffen
glad spierweefsel in de oogleden?
musculus tarsalissuperior -> spier van muller
functie: helpt de m. levatorpalpebrae in het opheffen van het bovenste ooglid.
musculus tarsalisinferior
functie: Ze trekt het onderste ooglid omlaag
klieren in het ooglid
De klieren van Meyboom/tarsale klieren
De smeerklieren van Möll en Zeis
De klieren van Krausse en Wolfring of de hulptraanklieren
Zweetklieren
klieren van Meyboom
Ze secreteren een olieachtigevloeistof, die de tranenfilm ter plaatse houdt
helpt bij het luchtdicht afsluiten van de oogleden
de secretie gaat de buitenstelaag van de tranenfilm vormen, die de verdamping van het traanvocht vertraagt.
sebumkliertjes van Zeis
die in elk haarfollikel uitmonden, hierdoor wordt een sebumlaagje over de wimper gelegd zodat deze niet te broos wordt
klieren van Moll
gewijzigde zweetkliertjes, in de follikels uitmonden, maar dan op de ooglidrand.
De klieren van Krausse en Wolfring of de hulptraanklieren