c. Ethica

Cards (20)

  • Stoïcijnen maakten een onderscheid tussen de dingen waarop wij als mensen invloed op hebben en de dingen waarop wij geen invloed op hebben. De dingen waarop wij invloed hebben zijn zaken als denken, redeneren, conclusies trekken en voelen. De dingen waar wij geen invloed op hebben zijn alles wat ons van buitenaf bereikt en wat ons overkomt.
  • Waar hebben wij volgens de Stoa invloed op?
    Denken, redeneren, conclusies trekken en voelen.
  • Bijvoorbeeld als een vriend overlijdt, is dat een gebeurtenis die ons overkomt en hebben wij geen invloed over. Maar hoe wij hierop reageren hebben wij wel invloed over, volgens de Stoa. Stoïcijnen vonden dus dat wij niet erg verdrietig moesten zijn over zoiets.
  • Volgens stoïcijnen vormen sterke emoties een gevaar voor het leven naar de Ratio. Deze zijn onnatuurlijk en blokkeren rede en brengen mensen in verwarring. Als iemand een sterke emotie voelt, heeft diegene iets verkeerd beoordeeld of ingeschat volgens de Stoa.
  • Wat is de ideale toestand volgens de Stoa?
    Apatheia
  • Apatheia is de ideale toestand, waarin iemand zich helemaal laat leiden door de Ratio en niet door emotie. Deze toestand bereikt men via de weg van de ware kennis, omdat hiermee de mens indrukken van buitenaf goed kan beoordelen.
  • Een sapiens (wijze) is iemand die zich niet laat beïnvloeden door sterke emoties en altijd de Ratio volgt. Dit is iemand die altijd in de ideale toestand is. Voor meeste mensen is dit onhaalbaar, vandaar de naam.
  • Het motto van de stoïcijnen is ''vivere secundum naturam'' = ''leven volgens de natuur''. Hier is natuur = universele Ratio en indirect menselijke natuur (rede/verstand). De sapiens heeft dus inzicht in het hele systeem en weet dus dat zijn handelingen alleen zo en niet anders door hem gedaan kan en moet worden.
  • Handelen volgens de Ratio = deugdzaam / volmaakt handelen. Voor de Stoa is deugd het hoogste goed, want hierin is het geluk voor de mens gelegen. Deugdzaam handelen is dus gelukkig zijn. Geluk = een natuurlijk gevolg van deugd.
  • Wat zijn de 4 hoofddeugden van de Stoa?
    Wijsheid, rechtvaardigheid, dapperheid en zelfbeheersing.
  • Welke 3 hoofddeugden zijn ook vormen van kennis?
    Rechtvaardigheid, dapperheid en zelfbeheersing.
  • De stoïcijnen vonden dat als je 1 van de 4 deugden bezat, dat je ze alle 4 bezat.
  • De deugd = absoluut. Je hebt het helemaal of helemaal niet.
  • Wat is een proficiens volgens de stoÏcijnen?
    Iemand die op weg is om wijs (sapiens) te worden.
  • De sapiens was een ideaal dat veel mensen niet bereikten. Het was iemand die gelukkig, deugdzaam, nooit faalde in zijn oordeel en apathisch was. Ook volgde die altijd de Ratio.
  • Volgens stoïcijnen waren veel dingen indifferentia (onbelangrijk). Deze maakten ons niet beter of slechter, dus moet je je niet laten beïnvloeden door deze zaken. De mens moet zijn leven alleen laten leiden door de Ratio, waarvan menselijke rede een manifestatie van is.
  • Voor stoïcijnen was een officium (plicht) de manier waarop men zich moest gedragen. Het vervullen van deze plicht moest overeenkomen met de natuur en de Ratio, en zo handelen kan dus gerechtvaardigd worden.
  • Een sapiens vervult zijn officium dus met inzicht op de denkwijze waarmee hij handelt. De ethica van de Stoa legt nadruk op de mentaliteit en intentie waarmee hij handelt, niet wat hij echt doet.
  • Alleen een sapiens kan deugdzaam handelen, maar een gewone man kan ook zijn plicht vervullen. Het is verschil is alleen dat deze iets doet zonder aan zijn motieven te denken, of alleen handelt omdat het zo hoort. Hij heeft geen inzicht op zijn handelingen en volgt dus de Ratio niet.
  • In de ethica van de Stoa zijn mensen gelijk aan elkaar. Onderscheid tussen man-vrouw, slaaf-vrijgeborene, Griek-niet-Griek, grenzen tussen verschillende landen, zijn allemaal in strijd met de Natuur.