Aardbevingen vinden plaats in de buurt van het epicentrum
Aardbevingen ontstaan door
het verschuiven van aardplaten waaruit de aardkorst bestaat
De kracht wordt uitgedrukt volgens
de schaal van Richter
Aardbevingen veranderen het landschap door
de schade die ze aanrichten
In België zijn er weinig aardbevingen omdat er geen grote breuklijnen in de aardkorst in de buurt zijn.
Schaal van Richter
Kracht van aardbevingen
De ligging van de continenten verandert door de bewegingen van de aardplaten.
Gebergten kunnen ontstaan waar aardplaten naar elkaar toe bewegen.
De veranderingen gebeuren traag.
De kustlijnen passen in elkaar.
De aardplaten bewegen ten opzichte van elkaar.
De ligging van de continenten ten opzichte van elkaar verandert ook.
De meeste aardbevingen en vulkanen vind je langs de breuklijnen.
Gebergten ontstaan waar aardplaten naar elkaar toe bewegen.
De spreiding van aardbevingsgevoelige regio's komt overeen met de kaart van de bevolkingsdichtheid.
Bevolkingsdichtheid
Kans op grote schade en veel slachtoffers bij aardbevingen
De bouw van een vulkaan
1. magma
2. lava
3. magmakamer
4. aardkorst
5. krater
6. kraterpijp
7. as- en stofwolk
Kasseien uit porfier
als wegverharding
Lees de getuigenis van Anja Van Herck over de porfiergroeve in haar omgeving.
Porfier
Hoe ontstaat porfier?
Stollingsgesteenten
Gesteenten die ontstaan door het stollen van magma of lava
Magma
Vloeibare aarde, dikke vloeibare stof die te vergelijken is met gloeiend hete stroop
Lava
Magma dat aan de oppervlakte komt
Vorming van een vulkaan
1. Magma krijgt ruimte tussen aardplaten om naar boven te komen
2. Magma koelt af en wordt stroperiger
3. Magmakamer vormt zich onder aardkorst
4. Magma komt via kraterpijp naar oppervlakte als lava
5. Lava stolt traag in kraterpijp tot harde gesteenten
Vulkanen liggen meestal op breuklijnen tussen aardplaten. Daar kan het magma naar boven komen.
De regio's met veel vulkanen zijn vaak dichtbevolkt.
Vulkaanuitbarstingen veranderen het landschap door de vulkaan die ontstaat, de brokken steen, het stof en de as die de vulkaan uitstoot en de lava die uit de krater stroomt.
Vulkanische-explosiviteitsindex
Maat voor de kracht van een vulkaanuitbarsting
De vorming van de vulkaan zelf gebeurt traag, de veranderingen in het landschap door stof, as en uitstromende lava gebeuren snel.
Stollingsgesteenten ontstaan door het stollen van magma of lava.
Bij een vulkaanuitbarsting is er schade door brokken steen, het stof en de as die de vulkaan uitstoot en de lava die uit de krater stroomt.
Bij een tsunami trekt het water zich eerst terug, waarna een grote vloedgolf richting kust stroomt.
Door een chemische reactie ontstaat er schuim, dat de uitstromende lava nabootst.
De verschijnselen die bij een vulkaanuitbarsting kunnen voorkomen, zoals de aswolk, de brokken steen, het geluid, de landschapsveranderingen en de schade, worden hier niet nagebootst.