spijsvertering-het lichaam

Cards (23)

  • spijsvertering
    daar werken organen samen om voedsel te verteren en voedingstoffen op te nemen
  • spijsvertering vindt plaats wanneer er voedsel in het spijsverteringskanaal zit
  • de eiwitten, koolhydraten en vetten worden in het verteringsstelsel met behulp van enzymen klein geknipt verteerd. na het kleiner knippen kunnen ze worden opgenomen in het bloed.
  • vitaminen, mineralen en water hoeven niet verteerd te worden, omdat deze al klein genoeg zijn om opgenomen te worden.
  • de mondholte bevat speekselklieren die speeksel produceren
  • in speeksel zitten enzymen die beginnen met het afbreken van zetmeel .
  • een ander belangrijke functie van speeksel is het is het doden van bacterie
  • door de spieren van keel en slokdarm wordt het voedsel in het slokdarm gebracht.
  • door de samentrekkingen van het spijsverteringskanaal komt het voedsel vervolgens in het maag terecht. hier wordt het voedsel tijdelijk opgeslagen.
  • de maag bevat maagsap, dat wordt geproduceerd door de maagsapklier in de wand van de maag. maagsap helpt b ij de vertering van eiwitten
  • ook bevat maagsap maagzuur, waarmee bacterie worden gedood. zo beschermt maagzuur tegen infecties via het voedsel
  • het voedsel komt vervolgens in de twaalfvingerige darm terecht. dit is de eerste deel van de dunne darm.
  • het samentrekken van de darmwand, zodat voedsel door de darmen beweegt, wordt de darmperistaltiek genoemd
  • gal bevat stoffen (geen enzymen) die ervoor zorgen dat vetten geëmulgeerd worden. hierdoor kunnen de vetten op een later moment goed verteerd worden door enzymen.
  • gal wordt geproduceerd door lever en wordt opgeslagen in de galblaas
  • de galblaas heeft enkel een opslagfunctie
  • Alvleessap bevat enzymen die nodig zijn voor de spijsvertering van koolhydraten, eiwitten en vetten. Alvleessap wordt geproduceerd door de alvleesklier
  • in de dunne darm wordt er darmsap toegevoegd. deze bevat allerlei enzymen
  • in de dunne darm voornamelijk in de nuchtere darm en de konkeldarm bevinden zich ook veel goede bacterie
  • deze darmbacteriën helpen mee met de afbraak van koolhydraten die ons lichaam zelf moeilijk kan verteren
  • de onverteerbare voedselresten gaan naar de dikke darm. hier vindt de opname van water plaats en worden de voedselresten bewerkt door darmbacteriën
  • deze bacteriën zorgen ervoor dat de laatste voedingstoffen worden opgenomen door het lichaam
  • onverteerde voedselresten worden vervolgens tijdelijk opgeslagen in de endeldarm