optometrie

Subdecks (5)

Cards (416)

  • Optometrie
    Optisch technische wetenschap om de oogmeting te bepalen
  • Kennis van anatomie, fysiologie en pathologie is belangrijk om technieken te begrijpen en toe te passen
  • Doel van optometrie
    • Bepalen van refractie-afwijkingen
    • Bepalen van richtingsafwijkingen van de visuele assen
    • Bepalen van het accommodatievermogen
  • 21-puntentest
    Standaard procedure om verschillende optometrische tests uit te voeren
  • 21-puntentest
    • Steeds dezelfde resultaten bekomen bij dezelfde personen
    • Testsituatie beheersen en controleren om tot betrouwbare resultaten te komen (vb. extra licht, bepaalde afstand, …)
    • Vraagstelling moet ook constant zijn
    • Ook oog hebben voor de kwaliteit
    • Overgang tussen de verschillende testen moet vlot verlopen om vertrouwen te creëren
  • Synthese en beoordeling
    Doorslaggevend bij het opstellen van het behandelingsplan
  • Behandelingsplan
    • Voorschrift voor bril of contactlenzen
    • Visuele hygiëne
    • Low vision hulpmiddel
    • Correcte doorverwijzing
  • Optometristen hebben de plicht om bij het geringste vermoeden van een pathologisch probleem hun patiënt door te verwijzen naar de oogarts
  • Werking van de 21-puntentest
    Visueel onderzoek gebeurt aan de hand van lenzen en prisma's
  • Convexe lenzen
    Inhibitie van accommodatie, Object gaat verder weg, object lijkt groter te worden
  • Convexe lenzen
    basis naar elkaar toe gericht, bolle lenzen,
  • Concave lenzen
    Stimulatie van accommodatie
  • Concave lenzen
    Object komt dichterbij, object lijkt kleiner te worden
  • BI-prisma's
    Inhibitie van convergentie, Object gaat verder weg, object lijkt groter te worden
  • BI-prisma's
    Object gaat verder weg, object lijkt groter te worden
  • BO-prisma's
    Stimulatie van convergentie, Object komt dichterbij, object lijkt kleiner te worden
  • BO-prisma's
    Object komt dichterbij, object lijkt kleiner te worden
  • SILO
    Small In, Large Out
    Beeld wordt kleiner en komt dichter of wordt groter en gaat verder weg
  • SOLI
    Small Out, Large In
  • Small in= wordt kleiner, komt dichter, Large out= wordt groter, gaat verder weg, Small out= kleiner en verder weg, Large in = groter en dichter
  • Parameters/instellingen voor oftalmoscopie
    • Testafstand: 6m
    • Optotype: groot testbeeld
    • Belichting: gedimd (hoe donkerder, hoe groter de pupil -> makkelijker om te zien)
    • Instrument: oftalmoscoop
  • Werkwijze oftalmoscopie
    1. Bekijk het RO met het RO en de oftalmoscoop in de rechterhand en het LO met het LO en de oftalmoscoop in de linkerhand
    2. Zet de oftalmoscoop aan
    3. Gebruik een kleine opening voor niet-gedilateerde pupillen
    4. PP kijkt recht voor zich uit
    5. Starten met een hoge plus lens (+8.00 D) op ongeveer 40cm
    6. Schijn licht in de pupil om de rode reflex te observeren
    7. Beweeg dichter naar de PP en draai min tot aan de sterkte waarmee je een scherp zicht op de fundus krijgt op enkele cm voor de PP
  • Observatie bij oftalmoscopie
    • Rode reflex nakijken
    • Variaties in kleur -> tumor, netvliesloslating, ...
    • Wazige vlekken of zwarte obstructies
  • Disc of papil
    • Grootte en vorm
    • Kleur
    • Randen
  • Bloedvaten
    Aderen (venen) en slagaders
  • Fundus
    Kleur is ongeveer uniform rood, varieert afhankelijk van het pigment
  • Macula
    Gebied waar de foveale reflex gelokaliseerd is
  • Alles ziet er normaal uit - pluis, Er wordt een onregelmatigheid opgemerkt - niet pluis => indicatie mee geven
  • Betekenis oftalmoscopie
    Screening om zeker te zijn dat er geen pathologie aanwezig is, Bij de minste twijfel van een onregelmatigheid moet de optometrist doorverwijzen naar een oogarts
  • #2: Parameters/instellingen voor keratometrie
    • Belichting: gedimd
    • Instrument: keratometer
  • Werkwijze keratometrie
    1. Ontsmet de kinsteun en de voorhoofdsteun
    2. De PP gaat zonder bril of contactlenzen tegen het toestel zitten op de juiste hoogte
    3. Stel de focus van het oculair in zodat je scherp ziet
    4. Zet de horizontale en verticale kop op 44 D
    5. Pas horizontaal en verticaal aan tot de beelden dicht bij elkaar liggen
    6. Stel dan één voor één bij tot de beelden samenvallen
  • Observatie bij keratometrie
    Door te kijken hoe de reflecties van de beelden op de cornea eruitzien, kan je de integriteit van de cornea beoordelen
  • Resultaat keratometrie
    Wordt voor elke meridiaan apart genoteerd, meestal in mm
  • Betekenis keratometrie
    Meting van de kromming, sterkte en toriciteit van de cornea, Bepalen van het corneaal astigmatisme, Schatting van het totaal astigmatisme adhv de regel van Javal, Indicatie van de regelmatigheid van de cornea, Meten van parameters van harde en zachte ctl
  • #3: Parameters/instellingen voor habituele horizontale forie voor ver
    • Testafstand: 6 m
    • Optotype: 10/10 of kleinst leesbare verticale lijn
    • Lenzen: habituele Rx voor ver (of plano indien geen Rx)
    • Belichting: gedimd
    • ATVA: ver
    • Instrument: foropter
  • Werkwijze habituele horizontale forie voor ver
    1. Dissociatieprisma van 6Δ BU voor RO
    2. Meetprisma van 12Δ BI voor LO zetten
    3. BI verminderden tot verticale aflijning van beide beelden
  • Achterliggende informatie habituele horizontale forie voor ver
    Ogen nemen passieve positie aan door dissociatie, Bepaling van forie aan de hand van de wet van Desmaret, Uiteengaande assen - kruisende beelden, Kruisende assen - uiteengaande beelden
  • Resultaat habituele horizontale forie voor ver
    Overblijvende prisma BI - exoforie, Overblijvende prisma BO - esoforie, meetprisma op 0-orthoforie
  • #3 Habituele horizontale forie voor ver
    1. Uitvoering en betekenis van de 21-puntentest
    2. Parameters/instellingen
    3. Werkwijze
    4. Achterliggende informatie
    5. Resultaat
    6. Betekenis
  • #13A Habituele horizontale forie voor nabij
    ¤Parameters/instellingen
    ¼Testafstand: 40 cm
    ¼Optotype: 10/10 of kleinst leesbare verticale lijn
    ¼Lenzen: habituele Rx voor nabij (of plano indien geen Rx)
    ¼Belichting: goed belicht
    ¼ATVA: nabij
    ¼Instrument: foropter